John Henry Newman
[1801-1890]
Mei-meditaties 16 – Smarten
van Maria:
De Koningin der Martelaren
Waarom wordt zij aldus genoemd? – zij die nooit enige wonde of
kwetsing in haar geheiligd lichaam had ondergaan. Hoe kan zij verheven zijn
boven al de velen wier lichaam de meest meedogenloze gewelddadigheden en de
pijnlijkste folteringen terwille van de Heer hebben verduurd? Natuurlijk is
zijn de Koningin van alle Heiligen, van die velen die “met Christus wandelen in
het wit gekleed, omdat ze daartoe waardig zijn” (Apoc 7,13-14); maar kan zij dat ook zijn van hen “die waren
geslacht om Gods woord en ook het getuigenis dat ze hadden beleden?”(Apoc 3,4; 6,9).
Om deze vraag te beantwoorden moet men bedenken dat de pijnen
van de ziel even hevig kunnen zijn als die van het lichaam. De slechte mensen
die nu in de hel zijn, en Gods uitverkorenen die nu in het vagevuur zijn,
lijden alleen in de ziel, want hun lichamen liggen nog in het stof; en toch, hoe zwaar is hun lijden! En
misschien kunnen de meeste mensen die lang geleefd hebben uit eigen ervaring
getuigen voor de scherpte van een nood, die was als een zwaard dat hen
doorsneed, voor de zwaarte en de kracht van een smart, die hen omver scheen te
werpen, ofschoon er geen enkele lichaamspijn bijkwam.
Wat moet dan het aanschouwen van de Passie en de kruisiging van
haar Zoon een vreselijke ontzetting geweest zijn voor de heilige Maagd! Haar
smart was, zoals de heilige Simeon haar bij de Opdracht van de Heer in de
tempel gezegd had, een zwaard dat haar ziel doorboorde (Lc 2,35). Als de Heer zelf het vooruitzicht van wat hem te wachten
stond niet meer kon dragen, als bij de gedachte daaraan zijn zweet als
bloeddruppels op de grond viel, (Lc 22,44) omdat zijn ziel aldus inwerkte op zijn
lichaam, zien we daaruit dan niet, hoe groot zielenpijn kan zijn? En zou het
dan verwonderlijk zijn geweest als Maria’s hoofd en hart bezweken waren toen
zij onder zijn Kruis stond?
Aldus is zij waarlijk de Koningin der Martelaren.