woensdag 25 mei 2022

Hoe en waarom is Jezus ten hemel opgestegen?


Hoe en waarom is Jezus ten hemel opgestegen?
De Heer Jezus werd ten hemel opgenomen en zit aan de rechterhand van God“ (Mc 16,15) zo horen we in het Evangelie van dit hoogfeest dat in sommige bisdommen of parochies op deze zondag wordt gevierd.

De dagen en jaren van Jezus‘ leven en werk schitterden door wonderen. Maar veel  wonderbaarder dan hetgeen Hij in de mensen had bewerkt was dat wat na zijn Dood met Hem gebeurde. Het is zijn glorierijke Verrijzenis uit de doden en zijn wonderbaarlijke Hemelvaart(1). Deze Hemelvaart is niets anders dan de voortzetting van het wonderlijke leven van Jezus in de tijd na zijn Verrijzenis.

De Hemelvaart van Jezus is qua plaats en tijd vastgelegd. De plaats is de Olijfberg. Waarom juist deze plaats? Blijkbaar verbindt God met deze Hemelvaart een bijzondere betekenis. Hij zou ons hiermee kunnen tonen dat wie volhard heeft in het lijden ook in de hemel kan worden opgenomen. In de Hof van Olijven – aan de voet van de Olijfberg - is het Lijden van Jezus immers begonnnen. De dag van Jezus‘ Hemelvaart is ook in de tijd vastgelegd: niet 31, niet 39 dagen, maar 40 dagen na zijn Verrijzenis is Jezus ten hemel opgestegen om alle mythische beredeneringen te niet te doen. De Hemelvaart van Jezus ligt vast naar tijd en plaats. Jezus is als Mens naar de hemel opgegaan; als God had Hij deze nooit verlaten. Als Mens is Hij de heerlijkheid van de Vader binnengegaan. Door dit heilsmysterie is Jezus met gerechtigheid gekroond, die Hij door zijn weergaloze gehoorzaamheid had verdiend.  Nu kan iedereen zien dat er een gerechtigheid is. Hij die geschonden, gesmaad en veroordeeld werd, wordt nu door de Vader in de heerlijkheid van de hemel opgenomen.

Wanneer de gebeurtenis van Jezus’ Hemelvaart zó beschreven wordt dat Hij opsteeg, is dit niet omreden dat de hemel boven en de hel beneden is. Dat zijn beelden. De wolkenhemel waarin de vliegtuigen hun traject afleggen en de vogels cirkelen is niet de hemel als de aan God voorbehouden werkelijkheid. De hemel waarover we hier spreken is, in het Engels uitgedrukt heaven, en niet sky. Sky is de wolkenhemel, heaven is de aan God voorbehouden werkelijkheid en daarheen is Christus opgestegen. Deze werkelijkheid kan niet met een plaats worden benoemd, we weten alleen dat deze realiteit al onze ervaringen overstijgt.

Hij steeg ten hemel uit eigen kracht. Hij had geen wagen nodig zoals Elias, en ook geen engelen zoals de profeet Habacuc. Uit eigen kracht, uit kracht van zijn goddelijke natuur is de mens Jezus in de hemel opgenomen. Dat is de Hemelvaart van Jezus.

Ook het heelal van de ruimtevaarders is niet de hemel van God. God gaat heel de waarneembare werkelijkheid te boven, Hij is niet alleen boven de aarde, Hij overstijgt ook de hemelen. Deze waarheid drukt de Kerk in de liturgie van H.Mis en Getijdengebed uit als zij bidt: „God, U hebt uw Zoon boven alle hemelen verheven“, dus niet tot de hemelen en ook niet tot de hemel die we zien en evenmin het heelal, maar boven álle hemelen is Jezus opgenomen. Ons wereldbeeld kan dus ons geloof in de Hemelvaart van Jezus niet te niet doen, maar verdraagt zich ermee. Jezus overstijgt ieder wereldbeeld, want de hemel waarnaar Hij opstijgt is een goddelijke werkelijkheid.

Waarom is Jezus ten hemel opgestegen? Waarom is Hij in de heerlijkheid van God opgenomen? De H. Schrift geeft hierop een viervoudig antwoord: Op de eerste plaats is Hij ten hemel opgestegen om de hoogste heerlijkheid te verwerven. Hij zou door de Hemelvaart aan de rechterzijde van de Vader worden verheven, dat wil zeggen dat Hij de hoogste heerlijkheid van God zou ontvangen. Hij zou als Mens de heerlijkheid van God binnentreden. Zo spreekt immers de Brief van de H.Paulus aan de Efesiërs: “Hij die is neergedaald is Dezelfde die ook is opgestegen hoog boven alle hemelen“ (4,10) – boven alle hemelen! – om het heelal te vervullen“. Hij is de heerlijkheid van de Vader binnengegaan. Men ziet dat God de Gerechtigheid is. Hij heeft zijn Dienaar niet tot ontbinding laten overgaan, Hij heeft Hem uit het graf geroepen en aan zijn rechterhand verheven. Dit is de eerste reden van de Hemelvaart van Jezus Christus.
De tweede reden waarom Jezus ten hemel is opgestegen ligt in de zending van de Heilige Geest. Kon de Geest dan niet tevoren komen? Nee, de Geest moest eerst worden ontbonden Jezus moest eerst worden ontbonden door uit de verheerlijkte menselijke natuur te voorschijn te treden. Jezus zegt dit ook in het Evangelie van Johannes: “Ik zeg u de waarheid: het is goed voor u dat ik heenga; want als Ik niet heenga zal de Helper niet tot u komen. Nu Ik wel ga zal Ik Hem tot u zenden“ (Jo 151,7). Hij is ten hemel opgestegen om ons het geschenk van de H.Geest te geven. Nu stroomt Hij uit door de verheerlijkte natuur van Jezus.
Verder is Jezus naar de hemel opgestegen om de Vader voor ons te smeken. Wij hebben een Voorspreker nodig die voor ons ten beste spreekt en voor ons bemiddelt. Nu hebben wij Hem, Jezus Christus, de Mens, bij de Vader in de hemel. Hij is nu onze Voorspreker bij de Vader zoals Johannes in zijn 1e Brief schrijft: “Kinderen, dit schrijf ik u, opdat gij niet zoudt zondigen. En mocht iemand zondigen, dan hebben wij een Voorspreker bij de Vader, Jezus Christus, de Rechtvaardige“ (1 Jo 2,1).
De laatste reden van de Hemelvaart is dat Jezus voor ons de hemel toegankelijk wil maken, dat Hij ons een woning in de hemel wil bereiden. “In het huis van mijn Vader zijn vele wo- ningen“, zegt Jezus in zijn afscheidsrede. Indien dit niet zo was, zou Ik het u hebben gezegd, want Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden“ (Jo 14,2-3). Hoe troostvol zijn deze woorden: “Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden“. We herinneren ons ook de prefatie van de uitvaartmis waar gezegd wordt: “Gij neemt het leven, God, niet van ons af, Gij maakt het nieuw.  En als ons aardse huis, ons lichaam wordt afgebroken, heeft Jezus al een plaats voor ons bereid in uw huis, om daar voorgoed te wonen“. Hier wordt het woord vervuld dat de Heer bij zijn afscheidsrede heeft gesproken: “Ik ga heen om een plaats voor u te bereiden.“
Jezus is het Hoofd, wij de ledematen van zijn Mystieke Lichaam dat dxe Kerk is. Waar het Hoofd is daar ligt ook de bestemming van de ledematen. Christus is reeds in de hemel, daarheen willen wij Hem volgen. Hij wacht daar op ons. Na onze dood zullen wij eerst tot Hem komen met onze ziel en ook dat is iets geweldigs, iets onbegrijpelijks en iets heerlijks. Maar dit is nog niet de definitieve toestand, immers, zoals het in de Handelingen van de Apostelen heet: “De hemel moest Hem opnemen tot de tijd van het herstel van alle dingen, tot zijn wederkomst plaatsvindt“ (cf Hand 3,21). Dan zullen wij ook met het verheerlijkte lichaam in de heerlijkheid van God worden opgenomen.
Nog is ons oog versluierd, nog is ons leven in Christus verborgen. Maar wanneer Christus, ons leven, verschijnt,  zullen wij met Hem de heerlijkheid van de Vader binnengaan.
(Onder dank ontleend aan prof. dr. G.May, Homilie op Hemelvaart 2001)
(1)    Per admirabilem Ascensionem tuam…Door uw wonderbaarlijke Hemelvaart.. (Litanie van alle Heiligen tijdens de processie op de drie Kruisdagen vóór het hoogfeest van Hemelvaart