John Henry Newman
[1801-1890]
Mei-meditaties 28 –
Tenhemelopneming van Maria:
Machtige Maagd
Dit groot heelal dat wij bij dag en bij nacht kunnen zien, deze
wereld die we de natuurlijke wereld noemen, wordt geregeerd door vaste wetten
die de Schepper haar heeft opgelegd, en wordt door die wonderbare wetten
beveiligd tegen alle wezenlijke beschadiging of verlies. Het éne gedeelte ervan
kan in botsing komen met het andere gedeelte, en inwendig kunnen er
veranderingen in plaats grijpen, maar als geheel gezien is het geschikt om voor
altijd te blijven voortbestaan. Daarvandaan zegt de Psalmist: “Hij heeft de
wereld gegrondvest, zodat hij voor eeuwig niet wankelt” (Ps 103, 5).
Van die aard is de wereld van de natuur; doch er is nog een
andere en meer wonderbare wereld; en er bestaat een kracht die deze zichtbare
wereld vermag te wijzigen en te bedwingen, haar wetten te schorsen en op te
heffen. Ik spreek over de wereld van de engelen en heiligen, van de heilige
Kerk en haar kinderen; en het middel waardoor zij over de natuurwetten
zegevieren is de kracht van het gebed. Door gebed kan alles gedaan worden wat
natuurlijkerwijze onmogelijk is. Noë bad, en God verklaarde dat er nooit meer
een overstroming zou komen die het mensdom zou verdrinken. Mozes bad, en tien
verschikkelijke plagen overvielen het land van Egypte. Josuë bad, en de zon
stond stil. Samuel (Sam 12, 17) bad,
en donder en regen vielen neer over de tarwe-oogst. Elias bad, en er viel vuur
van de hemel. Elisëus bad, en de doden kwamen tot leven. Ezechias bad, en het
geweldige leger van de Assyriërs werd verslagen en ging ten onder.
Dat is de reden waarom de Heilige Maagd de Machtige genoemd werd, - soms zelfs de Al-vermogende; want meer dan
iemand anders, meer dan alle engelen en heiligen, heeft zij die grote,
alvermogende genade van het gebed. Niemand heeft toegang tot de Almachtige
zoals zijn Moeder die heeft; niemand heeft verdiensten gelijk aan de hare. Haar
Zoon zal haar niets weigeren wat zij vraagt; en daarin ligt haar macht. Zolang
zij de Kerk verdedigt zal geen hoogte en geen diepte, zullen geen mensen of
boze geesten, zullen geen machtige vorsten, geen sluwheid van mensen, geen
gewelddadig optreden van de massa, iets vermogen om ons schade te doen; want
het mensenleven is kort, maar Maria heert hierboven, als Koningin voor altijd.