donderdag 20 januari 2022

20 januari H. Sebastianus, martelaar

Sebastianus stierf te Rome als martelaar in het begin van de vervolging onder Diocletianus. Zijn graf in de catacomben aan de Via Appia werd vanouds door de christenen in ere gehouden.

Uit het commentaar van de heilige Ambrosius, bisschop van Milaan († 397), op psalm 118 (119)

Een trouw getuigenis voor Christus.

‘Door veel kwellingen moeten wij het rijk Gods binnengaan’ (Hand. 14, 22). Als er veel vervolgingen zijn, zijn er ook veel beproevingen; waar veel zegekransen zijn, wordt ook veel strijd geleverd. Het levert u dus voordeel op dat er veel vervolgers zijn: zo zult u immers te midden van de vele vervolgingen des te gemakkelijker de weg vinden om de zegekrans te veroveren.
Nemen wij als voorbeeld de martelaar Sebastianus, wiens geboortedag wij heden vieren.
Hier in Milaan is hij geboren. Misschien was de vervolger hier al vertrokken of was hij nog niet in onze streek aangekomen. Misschien was hij hier ook meer gematigd. Sebastianus merkte dat de strijd hier uitbleef of verflauwd was.
Dus vertrok hij naar Rome, waar vanwege de ijver voor het geloof bittere vervolgingen woedden. Daar heeft hij geleden, dat wil zeggen: daar heeft hij de zegekrans behaald. Waar hij dus als gast aankwam, richtte hij een woonplaats van eeuwigdurende onsterfelijkheid in. Als er maar één vervolger was geweest, dan zou hij niet als martelaar zijn gekroond.
Maar nog erger! Er zijn niet alleen vervolgers die wij kunnen zien, maar ook die wij niet kunnen zien; en deze vervolgers zijn nog veel talrijker.
Zoals één koning die een vervolger was, aan velen het bevel gaf om anderen te vervolgen en er in de afzonderlijke steden of provincies verschillende vervolgers waren, zo zendt ook de duivel zijn vele dienaren uit, om niet slechts uiterlijk maar ook innerlijk vervolgingen te doen uitbreken in het hart van ieder mens.
Over deze vervolgingen is gezegd: ‘Allen die in Christus Jezus godvruchtig willen leven, zullen vervolgd worden’ (2 Tim. 3, 12). ‘Allen’ heeft Paulus gezegd, niemand heeft hij uitgezonderd. Wie kan immers uitgezonderd zijn, als de Heer zelf de beproevingen van de vervolgingen heeft ondergaan?
Hoevelen zijn dagelijks in het verborgene martelaren van Christus en belijden Jezus als hun Heer! Dit martelaarschap en dit trouwe getuigenis voor Christus kent de Apostel, als hij zegt: ‘Eén ding geeft ons moed: het getuigenis van het geweten’ (2 Kor. 1, 12).

Sebastianus en Fabianus