Heilige Clara, kuisheid – gehoorzaamheid – armoede |
Met een
vastberaden wil tot radicaliteit was Clara haar leven voor God begonnen. Zij
vergde zoveel van zichzelf dat Franciscus ingreep en aan de ijver van haar
boetedoeningen duidelijke grenzen stelde. Van haar zusters verlangde zij niet
dezelfde strengheid, maar spoorde hen veeleer aan tot behoedzaamheid bij het
doen van boete.
Letterlijk
tot aan haar dood heeft zij gevochten opdat men haar en haar zusters de
Franciscaanse Regel van armoede zou toestaan. Zij kon slechts bereiken dat zij
van paus Innocentius III het privilege van de serafijnse armoede ontving. Zij
kon door niemand worden gedwongen bezittingen aan te nemen.
Van
ongeveer 1224 tot aan haar dood in 1253 was Clara meestal ziek en bedlegerig.
Niettemin bestuurde zij haar zusters met moederlijke zorg en leidde haar
klooster met bewonderenswaardige energie door alle moeilijkheden heen.
Op 9
augustus 1253, twee dagen voor haar dood, bekrachtigde paus Innocentius IV
eindelijk de Clarissenregel die zij had voorgelegd; op 10 augustus hield zij
het document in haar handen. Het was het uur van haar grootste vreugde. Toen
men haar op 12 augustus bijzette, gaf men haar dit document van haar
onwankelbare trouw aan de armoede mee in het graf als teken van haar grootse
overwinning.
Assisi – Basiliek Santa Chiara
– Crypte
Ontleend aan Prelaat Prof. Dr. Georg May