WAAR WE ONOPHOUDELIJK OM MOETEN BIDDEN:
Bidden we onvermoeibaar tot God dat Hij in ons de deugden van liefde en vreze des Heren doet toenemen.
Want de liefde doet ons voortsnellen op de wegen van de Heer en de vrees zet ons aan goed op te letten waar we onze voeten zetten.
De eerste deugd doet ons de realiteiten van de wereld appreciëren in zoverre deze waarachtig zijn, de tweede deugd bevordert onze waakzaamheid ten opzichte van elke onoplettendheid.
(Brieven 1, 407)