dinsdag 30 november 2021

Liturgia Horarum 30 november H. Andreas, Apostel en Martelaar


Liturgia Horarum / Getijdengebed

Uit een preek van de heilige Johannes Chrysostomus, bisschop van Constantinopel († 407), over het evangelie van Johannes

Wij hebben de Messias gevonden.

Toen Andreas bij Jezus verbleef en veel geleerd had, hield hij die schat niet voor zich, maar hij haastte zich en liep snel naar zijn broer Simon om hem deelgenoot te maken van wat hij ontvangen had. Merk op wat hij tegen zijn broer zegt: ‘Wij hebben de Messias gevonden; vertaald betekent dat: de Gezalfde’ (Joh. 1, 41). Zie je hoe hij hier bewijst hoeveel hij in korte tijd heeft geleerd? Want hij toont de overredingskracht van de Meester, maar ook de ijver waarmee de leerlingen zelf al vanaf het begin zijn onderricht volgden.
In het woord van Andreas spreekt een mens die vurig naar de aanwezigheid van de Messias verlangt en uitziet naar zijn komst uit de hemel, die nu zijn verschijnen met vreugde begroet en dan wegsnelt om anderen in de blijde boodschap te laten delen. Dat is een goede gezindheid onder broers, dat is vriendschap in een familie en een zuivere gezindheid om elkaar in geestelijke zaken de hand te reiken.
Merk nu ook op hoe het hart van Petrus al vanaf het begin toegankelijk en bereidwillig is. Want meteen snelt hij toe, zonder dralen. Er staat: ‘Hij bracht hem bij Jezus’ (Joh. 1, 42). Laat niemand nu zijn inschikkelijkheid veroordelen, omdat hij zonder veel onderzoek dat woord aanvaardde. Het ligt immers voor de hand dat zijn broer hem dat nauwkeurig en uitvoerig heeft verteld. Maar de evangelisten vatten overal veel samen en streven naar beknoptheid. Overigens staat er niet dat hij meteen geloofde, maar: ‘Hij bracht hem bij Jezus.’ Hij gaf zijn broer aan Jezus om van Hem alles te leren, want er was nog een derde leerling bij, die bij dat gebeuren aanwezig was.
Als nu Johannes de Doper zegt: ‘Hij is het Lam’, en: ‘Hij doopt met de Geest’, maar een nadere uiteenzetting hierover aan Christus overlaat, zou Andreas dit dan niet met veel meer recht doen, want hij werd toch niet in staat geacht het geheel voldoende uit te leggen. Hij bracht echter zijn broer met zoveel ijver en vreugde naar de bron van het licht, dat deze de kans niet voorbij liet gaan en niet aarzelde.