Ad
Officium lectionis
Ex Diálogo
sanctæ Catharínæ Senénsis vírginis De divína Providéntia
(Cap. 134, ed. latina,
Ingolstadii 1583, ff° 215v-216)
Tweede lezing
Uit de ‘Dialoog over de
Goddelijke Voorzienigheid’, van de H. Catharina van Siëna, maagd
(Cap. 134, ed. latina,
Ingolstadii 1583, ff° 215v-216)
Hoe goed en zacht, Heer, is uw geest in alles
Met de
onuitsprekelijke goedgunstigheid van zijn barmhartigheid heeft de eeuwige Vader
zijn ogen gericht op deze ziel, en sprak op deze wijze:
“O allerdierbaarste dochter, Ik ben vast
besloten de wereld barmhartigheid te bewijzen en in alle voorkomende
gelegenheden voor de mensen te zorgen. Maar de mens gebruikt in zijn
onwetendheid tot zijn dood, wat Ik hem schenk tot zijn leven, en zo wordt hij
wreed voor zichzelf. Toch zorg Ik steeds voor hem. Daarom wil Ik dat gij dit
weet: Al wat Ik de mens schenk, komt voort uit mijn hoogste voorzienigheid.
Vandaar dat Ik, omdat Ik hem in mijn
Voorzienigheid heb geschapen, hem in Mijzelf beschouw en geboeid ben door de
schoonheid van mijn schepsel: omdat het mij behaagde het met veel zorg te
scheppen naar mijn beeld en gelijkenis. Ik schonk hem zelfs een geheugen, om
mijn weldaden in zichzelf te bewaren, omdat Ik wilde, dat hij deel zou hebben
aan de macht van Mij, de eeuwige Vader.
Ik schonk hem bovendien een verstand, om in
de wijsheid van mijn Zoon, mijn wil te leren kennen en begrijpen, van Mij die
met een brandende Vaderliefde de bewerker en schenker ben van alle genaden. Ik
gaf hem ook een wil om te beminnen, door hem deelgenoot te maken aan de
mildheid van de Heilige Geest, om te kunnen beminnen wat zijn verstand leerde
kennen en inzag.
Dat bewerkte mijn aangename voorzienigheid,
alleen met de bedoeling dat het schepsel in staat zou zijn Mij bij de eeuwige aanschouwing
met de hoogste vreugde te begrijpen en te smaken. En zoals Ik u elders heb
meegedeeld, was de hemel gesloten door de ongehoorzaamheid van de eerste vader
Adam: uit zijn ongehoorzaamheid kwamen daarna alle ellenden voort in de hele
wereld.
Om dan van de mens de dood, veroorzaakt
door de ongehoorzaamheid, weg te nemen, heb Ik op zeer barmhartige wijze daarin
voorzien door met grote voorzienigheid u
mijn eniggeboren Zoon te schenken, om aldus voor uw nood voldoening te
schenken. Ik legde Hem een grote gehoorzaamheid op, om zo het menselijk
geslacht dat zich door de ongehoorzaamheid van de eerste vader over de wereld
had verspreid, van het gif te bevrijden. Daarom, als door liefde geboeid en als
de ware gehoorzame, snelde Hij de schandelijke dood tegemoet aan het
allerheiligste kruis, en door middel van zijn allerheiligste dood schonk Hij u
het leven, niet door de kracht van zijn mensheid, maar door die van zijn
godheid.”