zondag 26 juni 2022

H. Cyrillus van Alexandrië, een geloofsverdediger voor deze tijd


27 juni Gedachtenis van de H. Cyrillus van Alexandrië, bisschop en kerkleraar

Een geloofsverdediger voor onze tijd…

Geboren in 370 leidde hij een monastiek leven;  priester gewijd, sloot hij zich aan bij zijn oom die bisschop was van Alexandrië en volgde hem in 412 op deze bisschopszetel op. De leerstellingen van Nestorius bestreed hij krachtig en op het Concilie van Ephese speelde hij de voornaamste rol. Vele geleerde werken schreef hij om het katholiek geloof uit te leggen en te verdedigen. Hij stierf in 444.
Lezing uit Liturgia Horarum / Getijdengebed

Uit de Brieven van de heilige bisschop Cyrillus van Alexandrië
(Epist. 1: PG 77, 14-18.27-30)


Verdediger van het goddelijk moederschap van de Maagd Maria

Ik verwonder mij er over dat er in toenemende mate mensen zijn die geheel en al duidelijk er aan twijfelen of de heilige Maagd Moeder van God genoemd moet worden. Als immers onze Heer Jezus Christus God is, waarom kan an niet de heilige Maagd, die Hem het leven gaf, Moeder van God genoemd worden? Dit geloof hebben de heilige leerlingen ons overgeleverd, ofschoon zij van die uitspraak juist geen melding maken. Tot het houden van deze geloofsregel zijn wij door de heilige vaders onderricht. Inderdaad noemt onze vader Athanasius – roemvolle gedachtenis – in het boek dat hij over de heilige en één in wezen bestaande Drieëenheid heeft geschreven, in de derde oratio, de heilige Maagd terloops Moeder van God.
Ik echter voel me genoopt die woorden van hem juist op deze plaats te gebruiken die met betrekking tot deze regel aldus luiden: “En dus is het doel en het karakter van de heilige Schrift  - zoals wij al dikwijls in herinnering hebben gebracht – van die aard, dat zij van onze Zaligmaker Christus elk van beide eigenschappen verkondigt: Geloof dat hij God is, en dat Hij nooit anders bestaan heeft dan zó, namelijk dat hij het Woord van de Vader is, en van dezelfde heerlijkheid en wijsheid; en anderzijds dat dezelfde ook – na in deze laatste tijden een lichaam te hebben aangenomen uit de Moeder Gods en Maagd Maria – omwille van ons heil Mens is geworden”.
En even verderop opnieuw: “Er hebben vele heiligen geleefd en wel door geen enkele zonde aangetast; ook Jeremias immers is vanaf de moederschoot geheiligd en Johannes sprong, toen hij het levenslicht nog niet had aanschouwd, vol blijdschap op na de stem van de Moeder Gods Maria te hebben gehoord”.  Deze man nu [Athanasius] is volkomen bekwaam en bovenmate waard om rustig geloofd te worden, iemand die men veilig kan  volgen als iemand die niets zou verkondigen wat aan de goddelijke geschriften vreemd zou zijn.
En de door God Zelf geïnspireerde Schrift bevestigt dat het Woord van God Vlees is geworden, dit is, dat de met rede begaafde ziel met het vlees is verenigd. Het Woord van God nam dus het zaad van Abraham, en Zichzelf een lichaam uit een vrouw bereidend, is het vlees en bloed deelachtig geworden, zodanig dat hij niet alleen God is, maar vanwege deze vereniging moet worden aangenomen dat Hij als mens ook aan ons gelijk is geworden.
Op grond van deze twee wezenskenmerken, de goddelijkheid zonder twijfel en de mensheid, blijft de Emmanuel Zichzelf met zekerheid gelijk. Eén toch is de Heer Jezus Christus, de waarachtige Ene en Zoon van nature, die tegelijkertijd God én Mens is; niet als een vergoddelijkte mens, gelijk aan hen die door middel van de genade de goddelijke natuur deelachtig worden, maar een waarachtige God, die omwille van ons heil in de gestalte van een mens is verschenen, zoals Paulus ook met deze woorden getuigt: “Toen”, zegt hij, “de volheid der tijden gekomen was, zond God zijn Zoon, geboren uit een vrouw, geboren onder de Wet, om hen die onder de Wet stonden vrij te kopen, opdat wij het zoonschap zouden verkrijgen (Gal 4, 4-5).