woensdag 5 augustus 2020

6 augustus Titelfeest van priorij Thabor Thaborspiritualiteit

6 augustus Feest van de Gedaanteverandering van Jezus
Titelfeest van priorij Thabor
Thaborspiritualiteit

“In lumine tuo” - In uw licht – staat er op het zegel van de priorij Thabor.  Het zijn de beginwoorden van de tweede helft van vers 10 uit psalm 35 dat voluit luidt: “et in lumine tuo videbimus lumen” – “en in uw licht zullen wij het licht zien”. Dit is een goede levensopgave voor ieder die op een Thaborberg woont maar ook een getuigenis van hen die met de ogen van het geloof het Licht van God reeds hebben gezien en verlangen dat te blijven zien.
Op de berg  - volgens een sterke traditie de Thaborberg in Palestina - viel het de drie belangrijkste apostelen Petrus, Johannes en Jakobus ten deel  Christus als Zoon van God in al zijn heerlijkheid te mogen aanschouwen. Bergen zijn bij uitstek de plaatsen om God te ontmoeten.  Op een berg kan afstand worden genomen van de alledaagse werkelijkheid. De lucht is zuiver en het zicht over Gods  vrije natuur, zijn Schepping is ver en onbelemmerd. Op de berg Thabor brak door de menselijke gestalte van Jezus op aarde even de glans van zijn Goddelijkheid door. De waarheid dat Jezus Christus de Zoon van God is, wordt bekrachtigd door het woord van de Vader tegelijk met de oproep naar zijn Zoon te luisteren. Ook zien de apostelen dat Jezus zich onderhoudt met Mozes en Elia en zij horen dat het over zijn komende dood gaat in Jeruzalem. Het gesprek gaat over het kruis. Deze uitzonderlijke gebeurtenis van de Transfiguratie van Jezus – de Gedaanteverandering - wordt vermeld door Mattheus 17,1-9, door Marcus 9,2-9 en Lucas 9,28-36 in hun Evangelie terwijl de vierde vindplaats de Tweede Brief van Petrus is: 2 Petrus 1,10-21. Lucas vermeldt het bijzondere detail dat Jezus de berg opging om te bidden: “Terwijl Hij aan het bidden was, veranderde Hij van uiterlijk en werden zijn kleren stralend wit” (Lc 9,29). “De Gedaanteverandering is bidden. Het wordt zichtbaar wat er gebeurt als Jezus met de Vader spreekt: Hij wordt zozeer innerlijk één met de Vader dat Jezus zelf licht van het licht wordt”.[1] De apostelen zijn diep onder de indruk en door vrees en ontzag  overrompeld; niettemin weet Petrus uit te brengen dat “het goed is hier te zijn” (Mc 9,5). De apostelen horen op de berg Thabor de stem van God: ‘Dit is mijn Zoon, mijn welbeminde, in wie Ik vreugde vind. Luister naar Hem”.

Het verlangen Christus met onverhuld gelaat te mogen aanschouwen drukt de liturgie van het feest van de Gedaanteverandering in het intredelied met de woorden van Psalm 26,8-9 als volgt uit: “Naar U gaat mijn hart uit: U wil ik zien; uw gelaat, Heer, wil ik aanschouwen” en de liturgie preciseert dit nog iets nader met een tekst uit het Boek der Wijsheid (7,26) in het Alleluiagezang: “Hij is de afglans van het eeuwig licht, de spiegel zonder smet en het beeld van zijn goedheid”.

Ook “ons allen is het gegeven met onverhuld gelaat de glorie van de Heer aanschouwen en zo herschapen te worden tot steeds heerlijker gelijkenis met Hem, want het is de Geest van de Heer die dit bewerkt” zegt de H. Paulus in 2 Kor 3,18. Daarnaast dragen wij altijd het sterven van Jezus in ons lichaam mee en moet zijn leven in ons lichaam steeds opnieuw openbaar worden (Cf  2 Kor 4,10).

Het Thabormysterie en het Paasmysterie horen bij elkaar. De volheid van Jezus’ geheim is door lijden de heerlijkheid binnengaan (cf Lc 24,26v); Jezus gekruisigd én verheerlijkt is Gods kracht en Gods wijsheid (cf 1 Kor 23v).

Het Thabormysterie als een vooruitlopen op de verheerlijking van Jezus na zijn lijden en dood aan het kruis is voor hen die Christus van meer nabij willen navolgen een sterkende kracht om in het dagelijks leven met al zijn wederwaardigheden het kruis te aanvaarden dat aan niemand voorbij gaat.

Als religieuzen krijgen wij in de H. Communie, het onderpand van de eeuwige heerlijkheid,  de genade aangereikt om ons steeds opnieuw te laten ‘transfigureren’: dagelijks de oude mens af te kunnen leggen en ons te bekleden met de nieuwe mens die naar Gods beeld is geschapen in ware gerechtigheid en heiligheid (Cf Ef 4,24)[2]. Als religieuzen op de Berg Thabor proberen wij volgens de oproep van Gods stem op de Berg Thabor in het Heilig Land steeds opnieuw goed te luisteren naar de woorden van Jezus, de welbeminde  Zoon van God en zo “in zijn Licht het Licht te zien”.



[1] Cf J. Ratzinger / Benedictus XVI, Jezus van Nazareth, I, Lannoo Tielt, 2007, p. 285.

[2] Ook in de postsynodale apostolische adhortatie, het afsluitende document van de religieuzensynode, “Vita consecrata” van paus Johannes-Paulus II, Rome 25.03.1996, wordt het godgewijde leven bezien vanuit het mysterie van de Gedaanteverandering.