zondag 21 februari 2016

Transfiguratie van Jezus: Licht uit Licht

Bij het Evangelie van de 2e zondag van de Vasten


De tekst van het verslag van de Gedaanteverandering van Jezus [zegt], dat Jezus Petrus, Jacobus en Johannes terzijde nam en hen boven op een hoge berg bracht, alleen zij (vgl. Marcusevangelie 9,2)…”en Hij werd voor hun ogen van gedaante veranderd”, zegt Marcus vervolgens heel eenvoudig en voegt dan, een beetje onbeholpen, ten overstaan van dit grote mysterie bijna stamelend er aan toe: “zijn kleed werd glanzend en zó wit als geen bleker ter wereld maken kan” (9,3).

Lucas had in zijn bericht vooraf reeds het doel van deze beklimming gegeven: “Hij besteeg de berg om er te bidden” (Luc 9,28) en verklaart dan van daar uit de gebeurtenis waarvan de leerlingen getuigen werden: “Terwijl Hij in gebed was veranderde zijn gelaat van aanblik en werden zijn kleren verblindend wit” (9,29).

De Verheerlijking is een gebeurtenis die met het gebed in relatie staat; hier wordt zichtbaar wat in het gesprek van Jezus met zijn Vader gebeurt: God doordringt Jezus’ Wezen op de meest innige wijze zodat Hij zuiver licht wordt. In zijn één- en gelijk-zijn met de Vader is Jezus zelf Licht uit Licht. Wat Hij in zijn diepste innerlijk wezen is, dat wordt in dit ogenblik ook zintuiglijk waarneembaar: Jezus’ Zijn in het Licht van God, zijn eigen Licht-zijn als Zoon.
Benedictus XVI, Jezus van Nazareth, hfdst. 9: Belijdenis van Petrus en Verheerlijking.