Versier uw
bruidskamer, Sion, en ontvang de Koning, Christus!..
Zo begint en vervolgt een van de antifonen die vanmorgen in
de processie met de brandende kaarsen in
parochie- en kloosterkerken werden gezongen:
Omhels Maria, die de poort van de hemel is;
Want zij draagt de Koning van het heerlijk
nieuwe licht.
De maagd blijft staat stil met de Zoon in haar
armen,
geboren vóór de morgenster;
die Simeon in zijn armen ontving
en van Wie hij verkondigde aan de volken
dat Hij is de Heer van leven en dood
en de Zaligmaker van
de wereld”.
Commentaar van de H. Augustinus:
“De grijsaard erkende het Kind en
werd kind bij dit Kind. Hij, die vol godsvrucht was, werd vernieuwd in
leeftijd. De grijze Simeon droeg het Kind Christus. Christus bestuurde de ouderdom
van Simeon. Hem was door de Heer gezegd dat hij de dood niet zou smaken, eer
hij de Gezalfde des Heren als pas geborene zou hebben aanschouwd. Christus is
geboren en het verlangen van de grijsaard is vervuld, toen de wereld zelf zeer
oud was. Hij is tot de oude man gekomen, die een verouderde wereld heeft
gevonden.
In die wereld wilde hij niet lang vertoeven en hij verlangde Christus
in deze wereld te aanschouwen, terwijl hij met de profeet zong: “Betoon ons, Heer, uw barmhartigheid, en
schenk ons uw heil.” En opdat u tenslotte zou weten, hoe verheugd hij was,
besloot hij met deze woorden ”Nunc dimittis, servum tuum, Domine – Nu laat Gij, Heer, uw dienaar in vrede gaan,
want mijn ogen hebben uw heil aanschouwd” (Lc 2,29a.30). De profeten hebben voorspeld dat de Maker van hemel
en aarde met de mensen zou verkeren; een Engel heeft aangekondigd, dat de
Schepper van het vlees en de geest zou verschijnen in het vlees; Johannes heeft
vanuit de moederschoot de Verlosser in de moederschoot begroet; de grijze
Simeon heeft in het Kind zijn God erkend.
Uit: Sermo
13 de Tempore
De voornaamste betekenis van dit
feest ligt in de deelname van heel de mensheid in de personen van Simeon en
Anna aan de ontmoeting met Hem die het heil heeft bereid voor het oog van alle
volkeren (cf Lc 2,30-31). De mensheid ontmoet de Heer in de
tempel (d.i. de Kerk) in een feest van licht. De symboliek van het licht is het tweede belangrijke motief
in de liturgie van dit feest.
(1) Graduale Sacrosanctæ Rom. Eccl. de
Tempore et de Sanctis P.Pauli VI, Solesmes 1974, 540