zaterdag 20 februari 2016

Kardinaal Newman - Kruisweg - The Stations of the Cross 6

Zesde statie

Jezus en Veronica

V. Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
R. Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.

Terwijl Jezus moeizaam de heuvel opgaat, bedekt met het doodszweet, dringt een vrouw door de menigte heen, en zij droogt zijn aangezicht met een doek. Tot beloning van deze liefdedaad behoudt de doek de indruk van het heilig Aanschijn.
De hulp waarmee moederlijke tederheid Hem had voorzien is nog niet ten einde. Haar gebed heeft niet alleen Simon gezonden maar ook Veronica – Simon om mannenwerk te doen, Veronica om een vrouwentaak te vervullen. De vrome dienares deed wat zij kon. Zoals Magdalena haar balsem had uitgestort tijdens het feestmaal, zo bood Veronica Hem nu haar doek aan tijdens zijn Passie. „Achˮ, zei ze, „kon ik maar meer doen! Waarom ben ik niet zo sterk als Simon om de last van het kruis mee te dragen? Maar nu de grote Hogepriester de plechtige offerande viert, nu kunnen alleen mannen Hem dienenˮ. – O Jezus, laat ieder van ons U dienen overeenkomstig onze plaats en onze krachten. En zoals Gij van Uw dienaren bijstand aannam in Uw uur van beproeving, geef zo aan ons de bijstand van Uw genade als wij in het nauw gebracht worden door de vijand. Ik voel dat ik niet opgewassen ben tegen bekoring, moeheid, moedeloosheid en zonde. Ik zeg dan tot mezelf, waartoe dient het godsdienstig te zijn? Ik kom ten val, o mijn dierbare Verlosser, ik zal zeker vallen, indien Gij mijn levenskracht niet verjongt als die van een adelaar, indien Gij geen leven in mij ademt door de verfrissende aanwending en aanraking van de heilige Sacramenten die Gij hebt ingesteld.

Onze Vader, Wees gegroet

V. Ontferm U over ons, Heer, ontferm U over ons.
R. O God, wees ons zondaars genadig.

Mogen de zielen der gelovigen in vrede rusten. Amen.

--------------------------------------------------------------------

THE SIXTH STATION 

Jesus and Veronica

V. Adoramus te, Christe, et benedicimus tibi.

R. Quia per sanctam Crucem tuam redemisti mundum.>

As Jesus toils along up the hill, covered with the sweat of death, a woman makes her way through the crowd, and wipes His face with a napkin. In reward of her piety the cloth retains the impression of the Sacred Countenance upon it.

The relief which a Mother's tenderness secured is not yet all she did. Her prayers sent Veronica as well as Simon--Simon to do a man's work, Veronica to do the part of a woman. The devout servant of Jesus did what she could. As Magdalen had poured the ointment at the Feast, so Veronica now offered Him this napkin in His passion. "Ah," she said, "would I could do more! Why have I not the strength of Simon, to take part in the burden of the Cross? But men only can serve the Great High Priest, now that He is celebrating the solemn act of sacrifice." O Jesus! let us one and all minister to Thee according to our places and powers. And as Thou didst accept from Thy followers refreshment in Thy hour of trial, so give to us the support of Thy grace when we are hard pressed by our Foe. I feel I cannot bear up against temptation, weariness, despondency, and sin. I say to myself, what is the good of being religious? I shall fall, O my dear Saviour, I shall certainly fall, unless Thou dost renew for me my vigor like the eagle's, and breathe life into me by the soothing application and the touch of the Holy Sacraments which Thou hast appointed.

Pater, Ave, etc.