zondag 21 februari 2016

De Gedaanteverandering van Jezus een groot wonder…

Ondanks allerlei pogingen van de exegeten dertig à veertig 30-40 jaar geleden deze grote gebeurtenis  rationeel te interpreteren – inmiddels is het op dit punt stiller geworden – blijft de Verheerlijking van Jezus op de Berg Thabor een geweldig wonder [Lc 9, 28b-36]. De Apostelen hebben het ongehoorde en het onvoorstelbare werkelijk beleefd.
Maar waarom?
God doet zijn wonderen niet zonder reden.
Gewoonlijk wordt aangenomen dat Jezus slechts de Apostelen Petrus, Jacobus en Johannes Zijn heerlijkheid wilde tonen – zij het voor een ogenblik – omdat juist zij in Zijn onmiddellijke nabijheid zouden zijn wanneer Hij in de tuin van Getsemani onder de druk en de last van de doodsangst zo ontsteld, zo ellendig en bijna overmand zou zijn dat men aan Hem wel moest gaan twijfelen…
Naast de zichtbare en ons vertrouwde wereld is er – zo is ons geopenbaard – een andere en lichtende wereld die we niet kunnen waarnemen en waarvan steeds meer mensen menen dat die niet bestaat. Sommigen spreken over een soort paralelwereld, maar dat is het niet. Parallelwerelden lijken op elkaar, maar dit is iets heel anders. Hier hebben de drie Apostelen mogen schouwen in een hogere wereld en een blik werpen in de hemel, de eigenlijke wereld, de wereld van God, de wereld van de Engelen en Heiligen. Daar is alles licht, en ook de Heer die tijdens zijn leven op aarde gebonden is aan een met ons mensen  gemeeenschappelijk lichaam, openbaart zich als Degene die Hij werkelijk is: de onsterfelijke God, God uit God, Licht uit Licht.
Jezus laat dit heerlijke visioen slechts enkele ogenblikken duren, omdat Hij wil dat wij Hem niet omwille van Zijn macht en heerlijkheid volgen.
Want daar worden wij niet beter van.
We moeten Hem navolgen op de weg van het Kruis, want “in cruce salus“ – in het Kruis ligt het heil – aangezien het lijden, iedere vorm van lijden de mens loutert, verheft en heilig maakt wanneer dit lijden tenminste wordt aangenomen in verbinding met Jezus’ Lijden. 

(Naar Mgr. P.Steinmetz, 2e Vastenzondag)