zondag 20 december 2015

Johannes Ruusbroek Sacramentele beleving van Christus’ Menswording 3 (en slot)

Driedubbele komst van Christus

Ruusbroec onderscheidt een driedubbele komst van Christus: de eerste door zijn Menswording, de tweede door de verlengde menswording in de Kerk en in de ziel, de derde in zijn komst om te oordelen na de dood, dus uiteindelijk om alles te volbrengen en de verloste mensheid als zegetrofee voor Gods troon neer te leggen.
“Wij moeten drie komsten van onze Bruidegom Christus in acht nemen:
In de eerste komst is Hij mens geworden, omwille van de mens, uit liefde.
De tweede komst geschiedt dagelijks en op velerhande manieren in elk minnend hart, met nieuwe genaden, nieuwe gaven, naar eenieders ontvankelijkheid.
De derde maal komt Hij ten oordeel, dit is in het uur van de dood (Die gheestelike Brulocht I,110).
Na de wijze, de beweegreden en de uitwerking van deze verschillende “toekomsten” van de Heer te hebben uiteengezet, recapituleert Ruusbroec ze met een aansporing om er waardig op te reageren:
 “De eerste komst, waardoor God mens werd, in nederigheid leefde en voor ons uit minne stierf, die zullen wij navolgen: uitwendig door een volmaakt deugdenleven, en inwendig door karitate en ware ootmoed.
De tweede, die tegenwoordig is, waardoor Hij nl. met zijn genade in elk minnend hart komt, die zullen wij begeren en dagelijks bidden dat zij ons staande houdt en doet vorderen in deugden.

De derde in het uur van de dood, ten oordeel: deze komst zullen wij verbeiden met verlangen, met betrouwen en met eerbied, opdat wij ontbonden mogen worden uit deze ballingschap en in de zaal der heerlijkheid mogen binnentreden”(Br. I, 121).