dinsdag 30 maart 2021

Kort commentaar op het Collectagebed Dinsdag in de Goede Week – Onze last maakte Hij tot de Zijne

 


Omnipotens sempiterne Deus,

da nobis ita dominicæ passionis sacramenta peragere,

ut indulgentiam percipere mereatur.

 

Almachtige eeuwige God,

laat ons het mysterie van het lijden van de Heer

zó meevieren dat wij van U vergiffenis verkrijgen.

 

Het Collectagebed is afkomstig uit het Sacramentarium Gregorianum (Hadrianum), 9e eeuw, (Ed. Lietzmann 1921) 75, 1 en was in het Romeins Missaal 1962 het Collectagebed van  Feria III Hebdomadæ Sanctæ, dinsdag in de Goede Week, MR 770.

Wij bevinden ons sinds Palmzondag in de Goede Week -Hebdomada Sancta in het Latijn). Sacra betekent heilig en is een veel betere aanduiding dan Goede voor deze bijzondere week, waarin de centrale heilige Geheimen van het christelijk geloof worden gevierd: Eucharistie, Kruisdood, Grafrust en Verrijzenis. “Heilig” wil zeggen: zonder zonde, rein, volmaakt, maar ook eerbiedwaardig en verheven.  Wanner wij spreken over “sacra mysterie” gaat het om iets groters dan wijzelf, dat ons voert naar een hogere Weg, Waarheid en Leven, naar de zaken waar het echt om gaat.

Ook het Collectagebed van vandaag verwijst naar een sacrum mysterium: het Lijden van Christus. De aandacht gaat uit naar het ‘sacrament’ van het Lijden en Sterven van de Heer. Ook de Heilige Eucharistie is een Sacrament.  Het gebed doelt op de viering van het Paasmysterie dat immers ook het mysterie van het Lijden van Christus is. De bede verbindt de viering van de Mysteries van de Goede Week met het achterwege laten van de zonden. 

Laten ook wij ‘zó’ de gedachtenis van het Lijden van Christus (mee)vieren dat onze zonden vergeven kunnen worden. Tot deze "viering" behoort in deze zin niet alleen de liturgieviering met het Sacrament van het Paasmysterie, de Heilige Eucharistie, of de viering van de plechtigheden van de Goede Week maar ook een individueel meevieren in de vorm van versterving, boete en een volledig op het Paasmysterie gerichte levenspraktijk die we natuurlijk niet van de ene dag op de andere verwerven maar waarnaar we wel moeten willen streven.

In de vroegchristelijke Kerk vond op Witte Donderdag een plechtigheid plaats waarin de zonden na belijdenis werden vergeven en geëxcommuniceerden in boetegewaad en met geschoren hoofd weer werden toegelaten tot de Sacramenten onder het volbrengen van een penitentie (bestraffing met een (enigszins) compenserende strekking. Buiten coronatijd vinden ter herinnering hieraan in veel kerken in de Goede Week boetevieringen plaats waarin gelovigen zich collectief bezinnen op hun persoonlijke gebreken die vaak ook gevolgen hebben in de relatie met anderen en dikwijls ook gebruiken maken van de gelegenheid individueel te biechten. Wij zijn allen zondige mensen die vergeving nodig hebben. Daarom is Christus zelf zondeloos mens geworden en heeft Hij zijn leven gegeven – ter vergeving van onze zonden. Onze last maakt Hij tot de Zijne.

(Mocht U nog geen plannen hebben, dan herinneren wij U ook op deze plaats graag aan de heilzame gewoonte voor Pasen te biechten, dat is minimaal jaarlijks zelf verplicht).