zaterdag 14 mei 2016

Collectegebed Hoogfeest van Pinksteren Kom met uw Geest in het hart van uw gelovigen



Afbeelding: Jan de Flandes/Flandres, Pinksteren, 1504.
Olieverf op hout, 21x15 cm, Palacio Real, Madrid.
I n l e i d i n g
Nadat het werk voltooid was dat de Vader aan zijn Zoon had opgedragen om op aarde te volbrengen (vgl. Jo 17,4), werd op de Pinksterdag de Heilige Geest gezonden, die de Kerk voortdurend zou heiligen, opdat aldus de gelovigen door Christus in één Geest toegang zouden hebben tot de Vader (vgl. Ef 2,18). Hij is de Geest van het leven, of de waterbron, die opspringt ten eeuwig leven (vgl. Jo 4,14; 7,38-39). Door Hem maakt de Vader de mensen, die dood waren door de zonde, levend om eens hun sterfelijke lichamen in Christus te doen verrijzen (vgl. Rom 8,10-11).
De Geest woont in de Kerk en in de harten van de gelovigen als in een tempel (vgl. 1 Kor 3,16; 6,19), bidt in hen en legt getuigenis af van hun aanneming tot kinderen (vgl. Gal 4,6; Rom 8,15-16 en 26). De Kerk, die Hij tot de volle waarheid voert (vgl. Jo 16,13) en één maakt in gemeenschap en bediening, bekleedt en bestuurt Hij met verscheidene hiërarchische en charismatische gaven en siert ze met zijn vruchten (vgl. Ef 4,11-12; 1 Kor 12,4); Gal 5,22).
Door de kracht van het Evangelie houdt Hij de Kerk jeugdig, vernieuwt haar steeds et leidt haar tot de volmaakte vereniging met haar Bruidegom. Want de Geest en de Bruid zeggen tot de Heer Jezus: “Kom!” (vgl Apoc 22,17).
Zo verschijnt dan de gehele Kerk als het volk, dat één is geworden in de eenheid van Vader, Zoon en Heilige Geest. (IIe Vatikaans Concilie, Dogmatische Constitutie over de Kerk, nr. 4)
Eenheid en samenhang zijn sleutelbegrippen in dit collectegebed. De Heilige Geest heeft de jonge Kerk samen gebracht door de prediking van de Apostelen. De Heilige Geest verankert ons aan deze zelfde prediking van de Apostelen. De Heilige Geest schiep eenheid onder verschillende volkeren en naties in die tijd, heden doet Hij hetzelfde. De Heilige Geest echter schept eenheid tussen het door Christus gevormde Godsvolk dat Hij verenigde tot één Lichaam, toen, en het Godsvolk verenigd tot één Lichaam, nu. Eenheid wordt ook gevonden in continuïteit: zowel diachronisch, dwars door de geschiedenis van de eeuwen heen, als transnationaal.

T e k s t
Missale Romanum 1970
Deus, qui sacramento festivitatis hodiernæ
universam Ecclesiam tuam
in omni gente et natione sanctificas,
in totam mundi lat
itudinem Spiritus Sancti dona defunde,
et, quod inter ipsa evangelicæ praedicationis exordia
operata est divina dignatio,
nunc quoque per credentium corda perfunde.

Altaarmissaal Nederlandse Kerkprovincie 1979
God, door het mysterie van dit feest
heiligt Gij heel uw Kerk  onder alle volken en talen.
Laat de gaven van de Heilige Geest overal op aarde neerdalen:
Kom met uw Geest in het hart van uw gelovigen,
zoals Gij hebt gedaan bij het begin van de verkondiging van het Evangelie.

Werkvertaling
God, die door het mysterie van het feest van vandaag
uw universele Kerk heiligt
onder alle volkeren en naties,
stort Uw gaven van de Heilige Geest over heel het oppervlak van de aarde uit,
en laat dàt wat de goddelijke waardigheid heeft bewerkt bij de aanvang van de prediking van het Evangelie,
nu ook door de harten van gelovigen stromen.

L i t u r g i s c h e  a n t e c e d e n t e n
Het collectegebed dat zijn wortels heeft in het Sacramentarium Gelasianum, 1e helft VIIIe eeuw, kwam niet voor in de edities van het Romeins Missaal van vóór Vaticanum II.      



S t r u c t u u r a n a l y s e  e n  s t i j l f i g u r e n
1.Deus, qui sacramento festivitatis hodiernae
universam Ecclesiam tuam
in omni gente et natione sanctificas,
2.in totam mundi latitudinem Spiritus Sancti dona defunde,
et, quod inter ipsa evangelicæ prædicationis exordia
operata est divina dignatio,
nunc quoque per credentium corda perfunde.

Ad 1
De oratie opent met de anaklese, Deus, God, in de vocativusvorm welke extra nadruk krijgt vanwege de plaatsing aan de kop van de oratie. In de relatieve bijzin beginnend met qui, dat Deus als antecedent heeft, wordt een heilsdaad van God de Vader gememoreerd: de bij de Vader verheven Christus neemt door de heilige Geest zijn intrek in de mensen die voor Hem open staan, en vervult hen met het licht en het vuur van goddelijk leven; zij vormen zijn Lichaam dat de Kerk is, in alle naties en volkeren aanwezig: Hij is hun levensbeginsel. Zij leven zijn leven, krijgen daardoor deel aan de goddelijke natuur en worden kinderen van God. De grote beweging van de Verlossing sluit zich hier: God is mens geworden, opdat de mens God zou worden.
Sanctificas, prædicaat in de indicativusvorm præsentis die een feitelijkheid uitdrukt: God blijft zijn Kerk ten allen tijde heiligen, ook nu. Universam Ecclesiam tuam: object van het prædicaat in drie congruerende accusativusvormen; sacramento festivitatis hodiernæ: bijwoordelijke bepaling, bestaande uit de ablativusvorm sacramento (van middel of wijze: ablativus instrumentalis/modi) en twee congruerende genitivusvormen festivitatis hodiernæ die de substantivusvorm sacramento nader bepalen. In omni gente et natione: bijwoordelijke bepaling met ablativusvormen geregeerd door het præpositum in; het adiectivum omni congrueert zowel met de ablativusvorm gente als met natione en kan voor beide ook inhoudelijk worden begrepen.
Ad 2
De hoofdzin van de oratie met de eigenlijke bede verwoord in twee nevengeschikte zinnen (2a en 2b) verbonden door het verbindingswoord et. Prædicaatsvormen van de nevengeschikte zinnen zijn de verba defunde en perfunde welke verba met elkaar in verband staan door afleiding, vorm (imperativusvorm) en plaatsing in de tekst.
Ad 2a: Van het verbum defunde is de woordengroep Spiritus Sancti dona het object, dat uit te splitsen is in de accusativusvorm neutrum meervoud van donum, i, gave, gift, geschenk, en twee congruerende genitivusvormen Spiritus Sancti (genitivus possessivus, die een bezit aanduidt, of genitivus explicativus die de gaven nader verklaart). Mooi is hier het gebruik van tweemaal een alliteratie meteen achter elkaar aan het einde van de regel; Spiritus Sancti en dona defunde.De regel krijgt hierdoor een melodieus en poëtisch karakter.  In totam mundi latitudinem: bijwoordelijke bepaling bij het prædicaat defunde. De woordengroep is op te splitsen in een accusativusconstructie in totam … latitudinem, twee congruerende accusativusvormen, geregeerd door het præpositum in. De in deze constructie omklemde genitivusvorm mundi, van de aarde, verklaart de accusativusvormen totam latitudinem nader (explicativus). In deze constructie is een hyperbaton opgesloten (totam…latitudinem). Het concept in totam mundi latitudinem is naar inhoud een parallellisme met de bijwoordelijke bepaling in omni gente et natione van r. 1.
Deze begrippen sluiten aan bij de tekst van de Introitus van Pinksteren: Spiritus Domini replevit orbem terrarum: et hoc quod continet omnia, scientiam habet vocis (Wijsheid 1,70). De Geest van de Heer heeft bezit genomen van de aarde: heel de wereld krijgt kennis van het Woord. Hoe kan dit gebeuren? Dat was al de vraag van Nikodemus. De Heer gaf hem als antwoord het voorbeeld van de suizende wind: ”Ge weet niet, vanwaar hij komt en waarheen hij gaat; zó gaat het iedereen die uit de Geest is geboren” (Jo 3,8). Van de windzucht en het waaien  heeft het goddelijke leven de naam Spiritus; als een zuchtje raakt het de mens aan, zachtjes, onzichtbaar: hij weet niet, vanwaar het komt. Maar evenals de onzichtbare ademtocht van de wind  heeft het geweld en kracht.

Ad 2b: Het tweede gedeelte van de hoofdzin met perfunde als prædicaat in de imperativusvorm vergezeld door de bijwoordelijke bepaling per credentium corda. Het verbum perfunde wordt versterkt door het præpositum per in de woordengroep per credentium corda: de Heilige Geest gaat als een nieuwe, goddelijke levensgolf door het heilig Lichaam, dat de Kerk is. In deze woordengroep is eveneens een hyperbaton opgesloten.
De prepositie per laat corda in de accusativusvorm staan, hier meervoud van het onzijdige substantivum cor. Het ppa credentium dat als bijvoeglijke bepaling tussen de prepositie per en het substantivum corda is ingeklemd, is op deze plaats zelfstandig gebruikt en mag vertaald worden als een substantivum (van de gelovigen).
Quoque nunc: bijwoordelijke bepaling van tijd: Ook nu, op dit moment is de Geest Gods werkzaam, zoals destijds in de jonge Kerk.
Het tweede deel van  de hoofdzin wordt onderbroken door de relatieve bijzin: quod…dignatio waarvan het antecedent [id] is verzwegen. Deze relatieve bijzin kan ook begrepen worden als een afhankelijke bijzin van het tweede deel van de hoofdzin.  Gevraagd wordt nu en ook om diezelfde gaven van de Heilige Geest welke de goddelijke Majesteit bij het begin van de prediking van het Evangelie heeft bewerkt. Divina dignatio; subject van het prædicaat operata est: twee congruerende nominativusvormen bij het participium perfecti passivi van operor, operatus sum: dit verbum is een deponens. Men vertale de passieve vorm als een activum. Inter ipsa evangelicæ prædicationis exordia: bijwoordelijke bepaling; een woordengroep bestaande uit de door het præpositum inter congruerende accusativusvormen ipsa..exordia nader toegelicht door de congruerende genitivusvormen evangelicæ praedicationis. Ook in deze constructie een hyperbaton: de accusativusvormen ipsa …exordia worden uiteen geplaatst door de genitivusgroep evangelicæ prædicationis.
V o c a b u l a r i u m
Sacramentum - Het kan waarschijnlijk geen kwaad er aan te herinneren dat sacramentum in het Grieks vertaald mysterion (μυστηριον) wordt. Inderdaad kunnen in menige context sacramentum en mysterium verwisseld worden.
Defundo betekent "gieten over, uitgieten" terwijl perfundo een iets meer ingewikkelde betekenis heeft. Het betekent "overgieten, bevochtigen, bedauwen, besprenkelen". Het betekent "onderdompelen, verven” en ook "drenken, bezielen".
Wij kennen de beeldspraak voor genade zoals vocht, dauw, stromend water. Het doet denken aan ons Doopsel, dat wij ontvingen in de naam van de Drieëne God. Ook doet het ons denken aan het prachtige Adventsgezang: “Rorate caeli desuper et nubes pluant iustum": Gij, hemelen, dauwt van boven neer en gij, wolken, regent de Gerechtige.
Denk ook aan het respons van de collecte, die de antifonen ter ere van de Heilige Geest volgen: Sancti Spiritus, Domine, corda nostra mundet infusio: et sui roris intima aspersione fœcundet...." Laat de instorting van de Heilige Geest onze harten zuiveren, o Heer: en maak ons innerlijk vruchtbaar door de besprenkeling met zijn dauw."
Dignatio betekent volgens de Lewis & Short Dictionary:  "op een waardige wijze achten, eerbied, hoogachting; waardigheid, eer, reputatie."
Exordium betekent "een begin, de kromming van een netwerk" en het is ook een technische term voor de introductie of het voorwoord van een gesproken of geschreven stuk of toespraak. Het begrip exordium kijken roept het beeld op van een zelfkant, van dat gedeelte aan de rand van geweven stof, dat op zo'n manier gevlochten is dat de rest van het weefsel niet uit elkaar valt. Het brengt ook de technische taal van welsprekendheid naar voren van het gebed. Toen de Heilige Geest uitgestort werd over de Apostelen gingen zij uit en begonnen in het openbaar onder de volkeren van alle naties te prediken. De Heilige Geest begon op dit eerste Pinksteren plotseling in de welsprekende toespraak van de Apostelen een hechte zelfkant te weven die door de eeuwen heen de stabiele zoom zou verschaffen aan de constructie van de Kerk tot op onze eigen dagen. Er kunnen van tijd tot tijd scheuren en gaten ontstaan, en ook schisma's, maar de constructie houdt het en valt niet uiteen.
De aanwezigheid van de Heilige Geest in de Kerk garandeert onze eenheid en continuïteit over de grenzen en eeuwen. De Heilige Geest geeft de Kerk het grondbeginsel van haar leven door het Trinitaire leven van Vader, Zoon en Heilige Geest te storten in het Lichaam van Christus, de Kerk. De Heilige Geest bezielt en doordrenkt, kleurt en verft in wezen de schering en inslag van de Kerk en doorstroomt haar. In het collectegebed vragen we dat onze harten “bezield” mogen worden door de gaven van de Heilige Geest; op een bepaalde manier zijn zij microcosmen van de Kerk, zelfs van het heilig Hart van de Kerk.