maandag 23 juli 2018

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Hebdomada XVI per annum feria II Una oratio, una spes in caritate, in gaudio sancto. Eén gebed, één hoop in de liefde, in heilige vreugde.






Lectio altera
De Epístola sancti Ignátii Antiochéni epíscopi et mártyris ad Magnésios
(Nn. 6, 1 — 9, 2: Funk 1, 195-199)
Lectio altera
Uit de ‘Brief aan de Magnesiërs’, van de H. Ignatius van Antiochië, bisschop en martelaar
(Nn. 6, 1 — 9, 2: Funk 1, 195-199)

Eén gebed, één hoop in de liefde, in heilige vreugde

Daar ik nu in de voornoemde personen heel uw gemeente in het geloof heb mogen zien en liefhebben, maan ik u aan, dat gij u beijvert alles te doen in de eensgezindheid van God, terwijl de bisschop voorzit in de plaats van God en de priesters in de plaats van de apostelen, en de diakens die mij zeer dierbaar zijn, aan wie de dienst is toevertrouwd in Jezus Christus, die vóór de eeuwen bij de Vader was en die aan het eind (der tijden) is verschenen. Gij allen derhalve, die dezelfde goddelijke levenswandel hebt aangenomen, moet elkaar eerbiedigen en niemand moet zijn naaste louter menselijk beschouwen, maar steeds elkaar in Jezus Christus liefhebben. Niets mag er onder u zijn, wat u zou kunnen verdelen, maar verenigt u met uw bisschop en met hen, die u besturen, tot een voorafbeelding en lering der onvergankelijkheid.

Zoals dan de Heer niets heeft gedaan zonder de Vader, met Wie Hij verenigd was, noch door Zichzelf, noch door zijn apostelen, zo moet ook gij niets doen zonder de bisschop en de priester, dus niets op eigen gelegenheid om daardoor de schijn te willen wekken, dat gij iets bijzonders hebt gedaan. Integendeel, als gij samenkomt moet er maar één gebed, zijn, één smeking, één Geest, één hoop in liefde, in de heilige vreugde; want Jezus Christus is één, en niets gaat er boven Hem uit. Komt dan allen tezamen als naar één tempel van God, als naar één altaar, naar de éne Jezus Christus, die van de éne Vader voortkwam, bij die Ene bleef en naar die Ene is teruggekeerd.

Laat u niet misleiden door valse leerstellingen of oude verzinsels, die van geen nut zijn. Want als wij nog steeds naar de joodse Wet leven, erkennen wij, dat wij de genade nog niet ontvangen hebben. Want die door God zo begenadigde profeten leefden volgens Jezus Christus. Daarom ook hebben zij vervolging verduurd, door zijn genade beïnvloed, opdat de ongelovigen zekerheid zouden krijgen, dat er één God is, die Zich geopenbaard heeft door zijn Zoon Jezus Christus, die zijn Woord is, uit de stilte te voorschijn getreden en die in alles aan Hem behaagde, door Wie Hij gezonden was.

Als zij derhalve, die onder de oude Wet geleefd hebben, tot de nieuwe hoop zijn gekomen, niet weer de sabath vieren maar leven volgens de dag des Heren; waarop ook voor ons het leven is ontstaan door Hem en door zijn dood – (wat sommigen ontkennen, maar door dat geheim ontvangen wij het geloof en lijden wij, om als leerlingen bevonden te worden van Jezus Christus onze enige Leraar) – hoe zouden wij dan zonder Hem kunnen leven, die zelfs al door de profeten als hun Leraar werd verwacht, omdat zij in de geest al zijn leerlingen waren? En daarom heeft Hij, die zij terecht verwachtten, hen bij zijn komst uit de doden opgewekt.