Uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Rome 2, 1-16
Het rechtvaardig oordeel van God.
Gij
zijt niet vrij te pleiten, zedenmeester, wie gij ook zijn moogt. Want
met uw oordeel over anderen veroordeelt gij uzelf. Gij die u tot rechter
opwerpt, doet immers precies hetzelfde. Wij zijn het erover eens dat
God terecht hen veroordeelt die zulke dingen doen. En gij die een
oordeel velt over hen die zulke dingen doen en ze zelf evenzeer doet,
rekent gij erop dat gij aan Gods oordeel zult ontsnappen? Of miskent gij
zijn rijkdom aan goedertierenheid en geduld en lankmoedigheid, en
beseft ge niet dat Gods goedheid u tot inkeer kan brengen? Met uw botte
en onboetvaardige gezindheid stapelt gij voor uzelf een kapitaal van
toorn op tegen de dag van de toorn, wanneer Gods rechtvaardig oordeel
openbaar zal worden. Hij zal een ieder vergelden naar zijn werken: met
het eeuwig leven die door standvastig het goede te doen, streven naar
onvergankelijke heerlijkheid en eer, maar met straf en toorn hen die
weerspannig de waarheid verwerpen en de ongerechtigheid omhelzen.
Kwelling en benauwdheid wachten elke mens die het kwade bedrijft, de
jood in de eerste plaats, maar ook de heiden; heerlijkheid, eer en vrede
wachten een ieder die het goede doet, de jood in de eerste plaats, maar
ook de heiden. God kent geen partijdigheid.
Die
zonder de wet hebben gezondigd, zullen ook zonder de wet omkomen; en
die met de wet hebben gezondigd, zullen door de wet worden veroordeeld.
Niet de hoorders van de wet zijn rechtvaardig in Gods oog, maar alleen
de onderhouders van de wet zullen worden gerechtvaardigd. Wanneer
heidenen die de wet niet hebben, uit zichzelf doen wat de wet verlangt,
zijn zij zichzelf tot wet, al bezitten zij de wet dan niet. Door hun
daden tonen zij dat de wet in hun hart geschreven staat, waarbij komt
het getuigenis van hun geweten, terwijl hun gedachten hen over en weer
beschuldigen of ook wel vrijspreken, in afwachting van de dag waarop God
volgens mijn evangelie over de verborgen daden van de mens zal
oordelen, door Christus Jezus.