woensdag 25 januari 2017

26 januari Liturgia Horarum "Ik heb de goede strijd gestreden"

Uit een homilie van de heilige Johannes Chrysostomus, bisschop van Constantinopel († 407)
Ik heb de goede strijd gestreden.
Paulus bewoonde zijn gevangeniscel als was zij de hemel zelf. De verwondingen van de geselslagen aanvaardde hij met meer vreugde dan anderen naar de prijs voor een overwinning grijpen. Hij hield niet minder van de inspanningen dan van de beloning, omdat hij de inspanningen als een beloning beschouwde. Een genade noemde hij ze daarom. Zie maar eens. Hij noemt het een beloning ‘ontbonden te worden om met Christus te zijn’, maar ‘in het lichaam blijven, dat is een strijd’ (Fil. 1, 23.24). Toch kiest hij het laatste. Het is voor hem een noodzaak, zegt hij.
Door een vloek van Christus verwijderd worden, dat was een strijd en lijden, en erger dan dat, maar bij Hem zijn, de hoogste beloning. Voor strijd en lijden kiest Paulus om Christus’ wil.
Nu zal wellicht iemand opmerken dat voor Paulus dat alles vanwege Christus een genoegen was. Dat beweer ik immers ook: wat voor ons een bron is van verdriet, verschafte hem grote vreugde. En waarom zou ik gevaren en andere tegenslagen opnoemen? Zijn verdriet hield niet op. Daarom zegt hijzelf: ‘Niemand is zwak of ik ben het ook. Niemand komt ten val of ik sta in brand’ (2 Kor. 11, 29).
En ik spoor je aan dit grote voorbeeld van deugd niet alleen te bewonderen, volg het ook na. Zo kunnen wij dezelfde lauwerkrans verwerven als hij. Als jij je erover verbaast dat jij voor dezelfde prestatie dezelfde beloning zult krijgen, luister dan naar wat hij hierover zegt: ‘Ik heb de goede strijd gestreden, de wedloop voltooid, het geloof bewaard. Nu wacht mij de krans der gerechtigheid, waarmee de Heer, de rechtvaardige Rechter, mij zal belonen op de grote dag, en niet alleen mij, maar allen die met liefde uitzien naar zijn komst’ (2 Tim. 4, 7-8).
Je ziet hoe hij iedereen roept om in dit lot te delen. Voor ons allen is hetzelfde weggelegd. Daarom moeten wij ons allen inspannen om het goede te verkrijgen dat ons is beloofd.
Let niet enkel op de omvang en het belang van wat Paulus gepresteerd heeft, kijk ook naar de kracht van zijn toewijding waardoor hij zo’n grote genade naar zich toe kon trekken, en naar zijn overeenkomst in aanleg met ons: want alles wat ons eigen is, was ook zijn deel. Zo zullen ook de zwaarste problemen ons eenvoudig lijken en simpel. En als wij in dit korte leven hebben gezwoegd, zullen wij uiteindelijk die onvergankelijke, eeuwige krans wegdragen, door de genade en de menslievendheid van onze Heer Jezus Christus, aan wie de glorie behoort en de macht, nu en altijd en in de eeuwen der eeuwen. Amen.