zondag 30 september 2018

Groepen op de Kerkberg in de afgelopen week

Deze week bezochten weer drie groepen van de Volksuniversiteit Maasland de Kerkberg.

Vandaag eindigt ook het seizoen voor de Basiliekwacht - het team van vrijwilligers dat onder leiding van Mevrouw Marlou Roeleveld mogelijk maakt dat de Basiliek en de Mariakapel op zondagmiddag kunnen worden bezocht en bezichtigd. Onze geheime correspondent had de afgelopen weken de handen vol met rondleidingen.

De laatste groep van de Volksuniversiteit Maasland zong in de Mariakapel ("de Noorderkerk!") een Ave Maria ondertussen kwamen de leden van het gelegenheidsorkest de kerk in om te gaan repeteren voor het concert op 7 oktober.

zaterdag 29 september 2018

Lezingen H. Mis 26e zondag door het jaar B

Eerste lezing (Num. 11, 25-29)
Uit het boek Numeri.
In die dagen
daalde de Heer neer in een wolk,
sprak tot Mozes en legde een deel van de geest,
die op Mozes rustte, op de zeventig oudsten.
En toen de geest op hen rustte, profeteerden zij,
maar later hebben zij het niet meer gedaan.
Nu waren er twee mannen in het kamp gebleven.
De een heette Eldad, de ander Medad.
Ook op hen rustte de geest
- zij stonden op de lijst, al waren zij niet naar de tent gegaan -
en zij profeteerden in het kamp.
Een jongen ging het ijlings aan Mozes vertellen en zei:
“Eldad en Medad zijn aan het profeteren in het kamp.”
Jozua, de zoon van Nun,
die reeds als jongeman in dienst van Mozes gekomen was,
zei daarop tot Mozes:
“Mijn heer, dat moet u hen verbieden.”
Mozes zei hem:
“Waarom komt u voor mij op?
Ik zou willen dat heel het volk van de Heer profeteerde
en dat de Heer zijn geest op hen legde.”

Tweede lezing (Jak. 5, 1-6)
Uit de brief van de heilige apostel Jakobus.
Broeders en zusters,
gij die rijk zijt:
weent en jammert om de rampen die over u komen.
Uw rijkdom is verrot,
uw mooie kleren zijn door motten aangetast,
uw goud en zilver is verroest.
Die roest zal tegen u getuigen
en als een vuur uw vlees verteren.
Schatten hebt gij verzameld,
terwijl het de laatste dagen zijn.
Hoort,
het loon dat gij hebt onthouden
aan de arbeiders, die uw velden hebben gemaaid
roept luid,
en de kreten van uw oogsters zijn doorgedrongen
tot de oren van de Heer der heerscharen.
Gij hebt op aarde gezwelgd en gebrast,
gij hebt u vetgemest voor de dag van de slachting.
Gij hebt de rechtvaardige gevonnist en vermoord;
hij heeft geen verweer tegen u.

Evangelie (Mc. 9, 38-43.45.47-48)
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.
In die tijd zei Johannes tot Jezus:
“Meester, we hebben iemand, die ons niet volgt,
in uw Naam duivels zien uitdrijven,
en we hebben getracht het hem te beletten,
omdat hij geen volgeling van ons was.”
Maar Jezus zei:
“Belet het hem niet,
want iemand, die een wonder doet in mijn Naam,
zal niet zo grif ongunstig over Mij spreken.
Wie niet tegen ons is, is voor ons.
Als iemand u een beker water te drinken geeft,
omdat gij van Christus zijt, voorwaar Ik zeg u:
zijn loon zal hem zeker niet ontgaan.
Maar als iemand
een van deze kleinen die geloven, aanleiding tot zonde geeft,
het zou beter voor hem zijn
als men hem een molensteen om de hals deed en in zee wierp.
Dreigt uw hand u aanleiding tot zonde te geven,
hak ze af;
het is beter voor u verminkt het leven binnen te gaan
dan in het bezit van twee handen in de hel te komen,
in het onblusbaar vuur.
Het is beter voor u kreupel het leven binnen te gaan
dan in het bezit van twee voeten in de hel te worden geworpen.
Het is beter voor u met één oog het Rijk Gods binnen te gaan
dan in het bezit van twee ogen in de hel te worden geworpen,
waar hun worm niet sterft en het vuur niet gedoofd wordt.”

Nog meer najaarsimpressies rond de Kerkberg




Vanmiddag op de Kerkberg: Generale repetitie concert Vrolijke Kerksonates van de jonge Mozart



Vanmiddag is in de basiliek van 14.00-16.00u de generale repetitie van voor het concert "Vrolijke kerksonates van de jonge Mozart. Voor informatie over dit gratis concert op 7 oktober aanstaande, zie deze link.

Najaarsimpressie omgeving Priorij Thabor en Kerkberg







dinsdag 25 september 2018

Vandaag! Uitnodiging voordracht Geologische aspecten rond de Kerkberg


Is de Kerkberg door mensenhanden zo geworden?
Is de omgeving door erosie verdwenen?
Of is de berg door stromingen van de nabijgelegen bocht in de Roer omhooggeduwd?

Kom naar onze lezing en U weet het antwoord.

Op dinsdag 25 september zal mevrouw Ria Offermans in de Jan van Abroekzaal aan onze fonkelnieuwe lezenaar een voordracht houden over de ontwikkeling van het landschap langs de Roer en de Thaborberg.

Wie alles van de Kerkberg wil weten, mag hier niet ontbreken.

Aanvang 15.00 uur in Priorij Thabor, Aan de Berg 3. Toegang: gratis.

Als u nog een Bosatlas of een andere algemene (Limburgse) atlas heeft is het praktisch om die mee te brengen.

Hartelijke uitnodiging om mee te doen met de Kerkberg Gebedsgroep “In lumine tuo videbimus Lumen”.



Met veel genoegen berichten wij U dat op 19 augustus 2018 de "Kerkberg Gebedsgroep “In lumine tuo videbimus Lumen”  (In Uw licht aanschouwen wij het Licht) opgericht is.

Recent zijn wij, zoals U vermoedelijk gezien hebt, begonnen met het plaatsen van gebedsintenties op dit weblog. Dat leidde tot een stroom van reacties.

Hierover hebben we nagedacht en besloten tot het oprichten van een Kerkberg gebedsgroep. Bij een gebedsgroep worden ook anderen dan de zusters uitgenodigd om mee te bidden voor de opgegeven intenties (ook degenen die intenties hebben opgegeven).

Waarom de Kerkberg Gebedsgroep en niet de Priorij Gebedsgroep? Omdat wat ons betreft niet alleen de zusters maar alle betrokkenen van de Kerkberg (inclusief bezoekers) worden uitgenodigd mee te bidden.

Hoe werkt het?

1.  Aanmelding kan eenvoudig via gebedsgroep@kerkberg.nl waarbij gevoegd Uw naam.
Op dit adres kunt U ook gebedsintenties opgeven. De website kerkberg.nl is nog niet geactiveerd, dus U krijgt voorlopig antwoord  van het klooster. Uw e-mailadres wordt alleen gebruikt voor berichten gerelateerd aan de Kerkberg Gebedsgroep.

2. Wij bidden in het klooster dagelijks voor alle opgegeven intenties.

3. Wie zich opgeeft, ontvangt dan 12 keer per jaar de digitale nieuwsbrief waarin de gebedsintenties voor de komende maand (samengevat per categorie, uiteraard met respect voor Uw privacy). 

4.  Leden van de nieuwsbrief worden uitgenodigd dagelijks de geloofsbelijdenis, het Onze Vader en een tientje van de rozenkrans met ons mee te bidden. “Waar twee of meer in Mijn naam verenigd zijn, daar is God in hun midden”.

5.  Jaarlijks op het Thaborfeest (6 augustus) nodigen we de leden van de gebedsgroep uit om in levende lijve met ons in de basiliek het rozenhoedje en de vespers te komen meebidden, gecombineerd met ontmoeting in de priorij.

Wij nodigen U graag uit om met ons mee te bidden! Velen in de omgeving van de Kerkberg maar ook in wijdere kring in Nederland en daarbuiten gingen U inmiddels voor.

Bidden doet bidden.



zondag 23 september 2018

Groepen op de Kerkberg vandaag


De eerste groep (wandelaars) die om 13.00u zou aankomen voor een rondleiding in de basiliek bleek te zijn verdampt van 15 naar 2 deelnemers. Zij kwamen aan in een lege kerk. Dat weerhield ons uiteraard niet een degelijke excursie te verzorgen.

Rond 15u arriveerden 31 kleddernat geworden fiets pelgrims die naar Kevelaer waren geweest en afgelopen vrijdag vanaf de Kerkberg waren vertrokken. Met koffie en vlaai gesterkt, gesticht en "guter Laune" vertrokken ze om 16.00u weer met van twee kanten een welgemeende "Auf Wiedersehen!", tot volgend jaar.

zaterdag 22 september 2018

Gisteren bezocht een groep uit Heibloem de Kerkberg met de Wensbus


Lezingen 25e zondag door het jaar B

Eerste lezing (Wijsh. 2, 12.17-20)
Uit het boek Wijsheid.
De ongelovigen zeggen:
“Wij willen de vrome belagen;
want hij is ons een ergernis,
en is een aanklacht tegen onze lauwheid.
Hij beschuldigt ons,
dat wij de wet niet onderhouden;
en verwijt ons onze tuchteloosheid.
Laat ons eens zien of zijn woorden wel waar zijn
en nemen we als proef op de som
wat er gebeurt bij zijn dood.
Want als de rechtvaardige een zoon van God is,
zal God hem te hulp komen
en hem bevrijden uit de greep van zijn vijand.
Onderwerpen we hem aan een smadelijke proef
om met foltering te achterhalen hoe zachtmoedig hij is
en om ons te overtuigen van zijn verdraagzaamheid.
Laten we hem veroordelen tot een schandelijke dood;
naar eigen zeggen geniet hij immers bijzondere bescherming.”

Tweede lezing (Jak. 3, 16-4, 3)
Uit de brief van de heilige apostel Jakobus.
Broeders en zusters,
waar naijver en eerzucht heersen,
daar treft men ook onrust aan
en allerlei minderwaardige praktijken.
De wijsheid van omhoog is vóór alles rein,
maar ook vredelievend, vriendelijk,
altijd voor rede vatbaar,
rijk aan barmhartigheid en vruchten van goede daden,
onpartijdig en oprecht.
Gerechtigheid is een vrucht van de vrede
en slechts wie de vrede nastreven zullen haar oogsten.
Waar komen bij u die vechtpartijen en ruzies vandaan?
Toch alleen van uw eigen hartstochten,
die u niet met rust laten?
Gij begeert dingen, die gij niet kunt krijgen.
Gij moordt en benijdt
en gij kunt uw doel niet bereiken.
Dan gaat gij vechten en strijden.
Gij hebt niets,
omdat gij niet bidt.
En als gij bidt,
krijgt ge het niet,
omdat gij verkeerd bidt,
met de bedoeling namelijk
om wat ge krijgt uit te geven voor uw boze lusten.

Evangelie (Mc. 9, 30-37)
Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Marcus.
In die tijd gingen Jezus en zijn leerlingen weg van de berg en trokken Galilea door;
maar Hij wilde niet dat iemand het te weten kwam, want Hij was bezig zijn leerlingen te onderrichten.
Hij zeide hun:
“De Mensenzoon wordt overgeleverd in de handen der mensen
en ze zullen Hem doden;
maar drie dagen na zijn dood zal Hij weer opstaan.” Zij begrepen die woorden wel niet,
maar schrokken ervoor terug Hem te ondervragen.

Zij kwamen in Kafarnaüm
en, eenmaal thuis, ondervroeg Hij hen:
“Waar hebt ge onderweg over getwist?”
Maar zij zwegen, want ze hadden onderweg
een woordenwisseling gehad over de vraag
wie de grootste was.
Toen zette Hij zich neer,
riep de twaalf bij zich en zei tot hen:
“Als iemand de eerste wil zijn,
zal hij de laatste van allen moeten wezen
en de dienaar van allen.”
Hij nam een kind en zette het in hun midden;
Hij omarmde het en sprak tot hen:
“Wie een kind als dit opneemt in mijn Naam,
neemt Mij op; en wie Mij opneemt,
neemt niet Mij op, maar Hem die Mij gezonden heeft.”

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Hebdomada XXIV per annum sabbato. S Augustinus Offer consolationis alligamentum. Leg het verband van de troost.


Lectio altera

   Ex Sermóne sancti Augustíni epíscopi De pastóribus
    (Sermo 46, 11-12: CCL 41, 538-539)

Tweede lezing
Preek over ‘De herders’, van de H. Augustinus, bisschop
(Sermo 46, 11-12: CCL 41, 538-539)
Leg het verband van de troost

Hij tuchtigt, zegt de Schrift, elk kind, dat Hij aanneemt. En gij zegt: ‘Misschien zult ge een uitzondering zijn?’ Als gij een uitzondering zijt bij het lijden door kwellingen, zijt gij ook een uitzondering bij het getal van zijn kinderen. ‘Dus, zult ge zeggen, tuchtigt Hij ieder kind?’ Zeker doet Hij dat bij ieder kind, zoals Hij het deed bij zijn enige Zoon. Die enige Zoon, geboren uit het Wezen van de Vader, gelijk aan de Vader in Gods gestalte, het Woord, door hetwelk alles is geschapen, had in zich geen grond om getuchtigd te worden. Daarom werd Hij met het vlees bekleed, om niet zonder lijden te zijn. Als God dan zijn enige Zoon, die zonder zonde was, tuchtigde, zou Hij dan zijn aangenomen kind, met zonde bevlekt, daarvan vrijstellen? De Apostel zegt, dat wij geroepen zijn tot de aanneming. En wij ontvingen die aanneming om mede-erfgenamen te zijn met zijn enige Zoon en diens erfenis te zijn: Vraag Mij, dan geef Ik U de volkeren tot erfdeel. Hij gaf ons een voorbeeld in zijn lijden.

En Hij deed dit duidelijk met de bedoeling, dat de zwakke niet zou bezwijken onder de komende beproevingen, dat hij ook niet door een valse hoop zou worden bedrogen noch door schrik zou worden verlamd. Zeg hem: Bereid u voor op de beproeving. En misschien begint hij te wankelen, te sidderen en wil hij niet naderkomen. Gij hebt nog een ander woord: God is getrouw; Hij zal niet toelaten, dat gij boven uw krachten beproefd wordt. Dit beloven en het toekomstige lijden voorhouden zal de zwakke bevestigen. Wanneer gij aan iemand, die al te bevreesd is en daardoor terugschrikt, Gods barmhartigheid belooft, niet door te zeggen dat de beproevingen zullen uitblijven, maar dat Hij niet toelaat dat men boven zijn krachten beproefd wordt, hebt gij een ontmoedigd mens weer sterkte gegeven.

Er zijn er, die, bij het horen van toekomstige beproevingen, zich des te meer wapenen en ernaar dorsten als naar drank. Want zij menen, dat deze nog maar een zwak hulpmiddel zijn voor gelovigen en trachten zelfs de glorie van de martelaren te bereiken. Maar er zijn anderen, die bij het horen van de toekomstige beproevingen, die ook noodzakelijk zullen komen, die juist voor een christen wel moeten komen en die niemand aanvoelt dan alleen degene, die een ware christen wil zijn, door die dreigende beproevingen gebroken worden en bezwijken.

Leg het verband van de troost, verbind wat gebroken is. Zeg: ‘Vrees niet; Hij, in Wie gij gelooft, zal u niet verlaten in de beproevingen. God is getrouw, die niet zal toelaten, dat gij boven uw krachten beproefd wordt.’ Dat hoort ge niet van mij, de Apostel zegt het, die dan ook zegt: Gij verlangt immers het bewijs, dat Christus spreekt door mij? Als ge dit dan hoort, hoort ge het van Christus zelf, hoort ge het van die Herder, die Israël weidt. Tot Hem toch is gezegd Gij laat ons tranen drinken, met mate. Want wat de Apostel zegt: Hij zal niet toelaten, dat gij boven uw krachten beproefd wordt, dat zegt de Profeet met deze woorden: met mate. Wil Hem dus niet wegsturen, die berispt en vermaant, die met vrees vervult én met troost, die slaat én geneest.

Koninklijke onderscheiding uitgereikt in Priorij Thabor aan Mevrouw Marlou Roeleveld-De Ligt - reportage

Gisteren (vrijdag 21 september 2018) heeft burgemeester Monique de Boer-Beerta, burgemeester van Roerdalen de koninklijke onderscheiding lid van Oranje Nassau uitgereikt aan Marlou Roeleveld-de Ligt uit Sint Odiliënberg (70) vanwege haar vele verdiensten en inzet op het gebied van vrijwilligerswerk. Zij is een zus van Moeder Priorin.

Marlou Roeleveld is sinds 1995 secretaris van Heemkundevereniging Roerstreek. Voor deze vereniging doet ze niet alleen de boekhouding maar is onder andere ook gastvrouw bij evenementen, maakt nieuwe leden wegwijs en notuleert bij vergaderingen. Tijdens het organiseren van de festiviteiten rondom het jubileumjaar in 2017 heeft ze bijzonder veel werk verzet. Verder is ze ook collectant voor het Prinses Beatrixfonds en zocht zij de sponsors voor haar zoons toen die voor KWF Kankerbestrijding meededen aan Alpe d’HuZes.

Daarnaast is zij sinds jaar en dag vrijwilliger in ons klooster op wie wij altijd kunnen bouwen. We zij dankbaar dat de burgemeester - gegeven onze clausuur- het mogelijk heeft gemaakt dat zij deze plechtigheid konden meemaken, doordat deze bij ons in huis plaatsvond.









Bezoek eerste drie groepen Cursus Cultuurhistorische Wandeling Volksuniversiteit Maasland

De afgelopen weken bezochten de eerste drie groepen van cursus Cultuurhistorische Wandelingen van de Volksuniversiteit Maasland de Kerkberg. We hebben hen graag ontvangen,  zijn blij dat zij zijn gekomen en we hopen dat de bezoekers, voorzien van informatie over de historische betekenis van de Kerkberg vroeger en nu, vanaf nu de Kerkberg weten te vinden en daar nog eens terug komen!


Groep Pelgrims Kevelaergroep bezoekt de Kerkberg (21 september)

Gisteren arriveerden, zoals ieder jaar een groep pelgrims uit Duitsland, die vanaf de Kerkberg op de fiets vertrokken naar Kevelaer. Dit jaar waren er 31 pelgrims. Zondag komen ze terug en dan ontbindt de groep vanaf de Kerkberg. Wij vinden dat een mooie traditie.

Ook voor de Kruistochten waren er in Europa her en der verzamelplaatsen waar ridders, geestelijken en burgers zich verzamelden om samen op te trekken naar het Heilig Land.




dinsdag 18 september 2018

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Hebdomada XXIV per annum feria IV St Augustinus Non quæ sua sunt, quisque quærat, sed quæ Iesu Christi.Niemand zoeke zijn eigen belang, maar dat van Jezus Christus


  
 

Lectio altera

   Ex Sermóne sancti Augustíni epíscopi De pastóribus
    (Sermo 46, 6-7: CCL 41, 531-533)
Ex Sermóne sancti Augustíni epíscopi De pastóribus

Tweede lezing
Preek over ‘De herders’, van de H. Augustinus, bisschop
   (Sermo 46, 6-7: CCL 41, 531-533)

Niemand zoeke zijn eigen belang, maar dat van Jezus Christus

Nadat wij iets gezegd hebben over het drinken  van de melk, laten wij dan nu eens nagaan, wat het betekent zich te kleden met de wol. Wie melk geeft, geeft voedsel; wie wol geeft, geeft aanzien. Bij het volk zoeken zij, die zichzelf weiden en niet de schapen, deze twee zaken: het gemak om zich het nodige aan te schaffen en de gunst van eer en lof.

De kleding toch wordt daarom juist als een eer aangezien, omdat ze de naaktheid bedekt. Want elke mens is op zich onbeduidend. Wie uw leider ook moge zijn, wat is hij anders dan wat gij zelf zijt? Hij is met vlees bekleed, is sterfelijk, eet, slaapt, staat op; hij wordt geboren en zal sterven. Als gij dus bedenkt, wat hij eigenlijk op zich is, is hij een mens. Maar hoe meer gij hem eert, des te meer bedekt gij als het ware wat onbeduidend is.

Ziet eens wat een ere-kleed dezelfde Paulus van het goede Godsvolk had ontvangen, toen hij zei: Gij hebt mij ontvangen als een engel van God. Ik verzeker u; gij zoudt zo mogelijk uw ogen hebben uitgerukt om ze mij te geven. Maar toen hem zo’n grote eer werd betuigd, heeft hij toen soms, omwille van die bewezen eer, de dwalenden gespaard om te voorkomen, dat hij misschien zou worden geminacht of minder geprezen zou worden, als hij hen berispte? Als hij dat gedaan had, zou hij bij hen behoren, die zichzelf weiden en niet hun schapen. Hij zou dan bij zichzelf gezegd hebben: Wat gaat mij dat aan? Laat ieder maar doen, wat hij wil; mijn onderhoud is veilig, mijn eer is veilig: ik heb voldoende melk en wol; laat ieder maar zijn eigen gang gaan. Is volgens u dus alles in orde, als iedereen zijn eigen gang gaat? Ik wil u niet als herder aanstellen, maar u zien als een gewoon lid van de grote kudde: Als één lid lijdt, lijden alle ledematen mee.

Als dan de Apostel hun in herinnering brengt, hoe zij hem gezind waren, wilde hij de schijn vermijden alsof hij hun eerbetuigingen vergeten was en getuigt dan, dat zij hem als een engel van God hebben ontvangen en zij zich zo mogelijk hun ogen wilden uitrukken om ze hem te geven. En toch kwam hij toen tot een kwijnend schaap, een bedorven schaap, om de wonde uit te snijden, niet om het bederf te ontzien. Ben ik dan, zegt hij, uw vijand geworden, omdat ik u de waarheid zeg? Zie, Hij nam van de melk van de schapen, zoals wij hier boven hebben gezegd, en kleedde zich met de wol van zijn schapen, maar toch verwaarloosde hij zijn schapen niet. Hij zocht immers niet zijn eigen belang, maar dat van Jezus Christus.
Het voorbeeld van Paulus

Toen Paulus eens in grote behoeftige omstandigheden verkeerde, geboeid als hij was door zijn prediking van de waarheid, werden er door de broeders enkelen gezonden om hem te helpen in zijn nood en gebrek. Hen dankend antwoordde hij en zei: Gij hebt er goed aan gedaan mij te helpen in mijn moeilijkheden. Ik heb geleerd in alle omstandigheden mijzelf genoeg te zijn. Ik weet, wat overvloed is en ik weet, wat armoede is. Alles vermag ik in Hem, die mij kracht geeft. Toch hebt gij er goed aan gedaan hulp te zenden in mijn nood.

Maar om te tonen, wat hij zelf eigenlijk zocht bij hun weldoen aan hem – om niet onder hen te behoren, die zichzelf weiden in plaats van hun schapen – verheugt hij zich, niet zozeer over hun hulp in zijn nood, maar meer over hun vruchtbaar geloof. Want wat zocht hij hier? Niet dat het mij om uw giften te doen is, zegt hij; wat ik zoek is de vrucht (van uw geloof). Niet om zelf verzadigd te worden, maar om te voorkomen, dat gij zonder vrucht blijft.

Wie dus niet in staat zijn te doen, wat Paulus deed, namelijk door eigen arbeid in leven blijven, laten zij de melk van hun schapen aannemen en zo in hun behoeften voorzien, maar daarbij de zwakheid van de schapen niet verwaarlozen. Zij moeten dit ook niet zoeken als eigen gerief, zodat zij de schijn op zich laden uit nooddwang het Evangelie te verkondigen, maar laten zij het licht van het Woord der Waarheid verspreiden, om de mensen ermee te verlichten. Zij zijn immers als lampen, zoals gezegd is: Houdt uw lenden omgord en uw lampen brandend; en Men steekt toch ook niet een lamp aan, om ze onder de korenmaat te zetten, maar men plaatst ze op de standaard, zodat ze licht geeft voor allen, die in huis zijn. Zo moet ook uw licht stralen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader verheerlijken, die in de hemel is.

Als dus een lamp in uw huis zou worden aangestoken, zoudt gij er dan geen olie bijgieten, om ze niet te laten uitgaan? Maar als dan uw lamp, na er olie te hebben ingegoten, niet zou branden, verdiende ze zeker niet op de kandelaar gezet te worden, maar zou ze terstond stuk geslagen worden. Waar dus ergens van geleefd wordt, is het een kwestie van noodzaak om dit aan te nemen, en het is de taak van de liefde om te geven. Laat men het Evangelie toch niet als een soort koopwaar beschouwen, zodat de prijs ervoor dat is, wat zij ervoor aannemen, die zeggen, dat zij ervan moeten leven. Want als zij zo’n koop sluiten, verkopen zij toch wel iets groots voor een lage prijs. Laten ze gerust het nodige levensonderhoud aannemen van het volk, maar het loon voor hun ambt van de Heer. De mensen toch zijn niet in staat het loon te geven aan hen, die hen in evangelische liefde dienen. Zij verwachten hun loon alleen van die zijde vanwaar ook de gelovigen hun heil verwachten.

Wat wordt hun dan verweten? Waarom worden zij beschuldigd? Omdat zij, toen zij de melk opdronken en zich met de wol kleedden, de schapen zelf verwaarloosden. Zij zochten hun eigen belang, niet dat van Jezus Christus.

Van harte gefeliciteerd, frater Stefan! Gregoriaanse Vespers daags voor plechtige professie op feest van Kruisverheffing

Frater Stefan Ansinger O.P. organiseerde afgelopen vrijdag in zijn thuisparochie, daags voorafgaand aan zijn tijdelijke professie als Dominicaan, Gregoriaanse Vespers. Wij bidden al lang voor hem en gaan daarmee door. We feliciteren hem ook op deze plaats met zijn tijdelijke professie. Wij  hopen dat hij nog vaak zal  bevorderen dat de liturgie in het Latijn wordt gevierd met Gregoriaanse zang!


W.A. Mozart: Kerk Sonatas - voorproefje Kerkbergconcert 7 oktober



Zie voor informatie concert ook deze link

zaterdag 15 september 2018

Joseph Haydn, Stabat Mater


Verdi - Stabat Mater

Gioachino Rossini "Stabat Mater" .

Sint Paulus Instituut Joris van Voorst - Het Kruis: ons alles

Giovanni Battista Pergolesi "Stabat Mater" (1736)

Palestrina | Stabat Mater

Stabant juxta Introitus OLV van Smarten

Vespers in de basiliek - iedere dag (zondag 17u, anders 17.45u)




  

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Die 15 septembris


  Beatæ Mariæ Virginis perdolentis
Memoria
Gedachtenis van O.L.Vrouw van Smarten



Lectio altera

Ex Sermónibus sancti Bernárdi abbátis
(Sermo in dom. infra oct. Assumptionis, 14-15: Opera omnia, Edit. Cisterc. 5 [1968], 273-274)

Tweede lezing

Uit de Preken van de H. Bernardus, abt
(Sermo in dom. infra oct. Assumptionis, 14-15: Opera omnia, Edit. Cisterc. 5 [1968], 273-274)

Naast het kruis stond zijn Moeder

Het martelaarschap van de Maagd wordt ons voor ogen gebracht zowel in de profetie van Simeon als in de geschiedenis van het lijden des Heren. Over de kleine Jezus zei de heilige grijsaard:  Dit Kind is bestemd tot een teken, dat weersproken wordt, en uw eigen ziel, zei hij tot Maria, zal door een zwaard worden doorboord.

Waarlijk, o zalige Moeder, het zwaard heeft uw ziel doorboord. Want alleen maar door uw ziel te doorboren, zou het het vlees van uw Zoon doordringen. Immers, nadat uw Jezus – weliswaar de Jezus van allen maar speciaal uw Jezus – de geest had gegeven, raakte de wrede lans, die Zijn zijde opende – zelfs de gestorvene niet sparend, die hij niet kon schaden – in het geheel niet zijn ziel, maar doorboorde ongetwijfeld úw ziel. Zijn ziel toch was daar niet meer, maar de uwe kon niet aan de lans ontkomen. Het geweld van de droefheid dus doorboorde uw ziel, zodat wij u niet ten onrechte méér dan Martelares noemen, omdat namelijk uw medelijden verre het gevoel van lichamelijk lijden overtrof.

Was voor u niet scherper dan een zwaard dat woord van Jezus, dat waarlijk uw ziel doorboorde en doordrong tot het raakpunt van ziel en geest, toen u hoorde Vrouw, ziedaar uw zoon? O welk een ruil! Johannes wordt u gegeven in plaats van Jezus, een dienaar voor zijn Heer, een leerling voor zijn Meester, de zoon van Zebedeüs voor de Zoon van God, een louter mens voor de ware God. Hoe zou uw allertederste ziel niet doorstoken zijn geworden bij dit woord, wanneer onze eigen ziel, hoewel die als een steen is, ons eigen hart, dat als van ijzer is, alleen al bij de herinnering aan het woord, wordt verscheurd?

Verwondert u er dan niet over, broeders, dat wij zeggen, dat Maria een martelares in haar ziel is geweest. Hij moge zich verwonderen, die zich niet herinnert ooit gehoord te hebben, dat Paulus onder de grootste misdaden der heidenen het feit rekent, dat zij zonder medegevoel waren. Dat was wel verre van het innerlijk van Maria, moge het ook verre zijn van haar dienaren.

Maar misschien zal iemand zeggen: ‘Wist zij dan niet tevoren, dat Hij zou sterven?’ Zonder twijfel wist zij dat. ‘Hoopte zij dan niet onwankelbaar, dat Hij zou verrijzen?’ Ja, en vol vertrouwen. ‘En treurde zij dan toch over de Gekruisigde?’ Ja, en in hoge mate. Overigens, wie zijt gij, broeder, of vanwaar bezit gij die wijsheid, dat gij méér Maria bewondert, die mede-lijdt dan de Zoon van Maria, die lijdt? Als Hij zelf lichamelijk kon sterven, kan zij dan niet in het hart mede-sterven? Het eerste vindt zijn oorzaak in een liefde, die bij niemand groter is geweest; ook de liefde heeft dit laatste bewerkt, een liefde, waarvan na die van Maria nooit een gelijke is geweest.




donderdag 13 september 2018

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Hebdomada XXIII per annum feria V. Si oblitus fuero tui, Ierusalem. Jeruzalem, als ik u zou vergeten.


  Lectio altera

Ex Expositióne sancti Brunónis presbýteri in psalmos
(Ps 83: edit. Cartusiæ de Pratis, 1891, 376-377)
  
Tweede lezing

Uit de commentaren op de psalmen, van de H. Bruno, priester
(Ps 83: edit. Cartusiæ de Pratis, 1891, 376-377)
              
Jeruzalem, als ik u zou vergeten

Hoe lieflijk is uw woning! Mijn ziel smacht van verlangen naar de voorhoven des Heren, dit is naar de wijdte van het hemels Jeruzalem, de stad van de Heer.
De psalmist toont ook aan, waarom hij verlangt naar de voorhoven des Heren: en dat hierom, o Heer, die bestaat boven de hemelse krachten, mijn Koning en mijn God, omdat zij zalig zijn, die wonen in uw huis, het hemels Jeruzalem. Alsof men zeggen wilde: Wie zou niet naar uw voorhoven verlangen, daar Gij God zijt, dit is Schepper en Heer der hemelse machten en Koning en omdat allen zalig zijn die in uw huis wonen? Hier betekent voorhoven en huis hetzelfde. Als hij zegt zalig zij bedoelt hij, dat zij zo’n zaligheid bezitten, als kan worden begrepen. Vandaar dat het ook vast staat, dat zij zalig zijn, omdat zij U loven met godsvruchtige liefde in de eeuwen der eeuwen, dit is tot in eeuwigheid. Want zij zouden niet in eeuwigheid loven, als ze niet voor eeuwig gelukzalig waren.

Tot die zaligheid kan echter niemand uit zichzelf komen, ook al bezit hij geloof, hoop en liefde; maar zalig de man, dit is die man alleen komt tot deze zaligheid wiens hulp van U komt bij het opstijgen, dat hij in zijn hart heeft voorbereid om tot die zaligheid te komen. Dit wil zeggen: Van hem alleen kan men zeggen, dat hij tot de gelukzaligheid zal komen, die, wanneer hij in zijn hart langs vele trappen van deugden en goede werken wil opstijgen tot deze gelukzaligheid, de hulp ontvangt van uw genade; want uit eigen kracht kan niemand daartoe opstijgen, getuige het woord van de Heer: Niemand stijgt op ten hemel d.w.z. uit eigen kracht, dan alleen de Zoon des mensen, die in de hemel is.

Ik zeg: Hij heeft het opstijgen voorbereid, omdat hij nog leeft in het tranendal, dit is in dit leven dat nietig is en vol tranen door de beproevingen, in vergelijking met dat andere leven, dat vergeleken met dit leven (groot als)  een berg en vol vreugde te noemen is.

Maar omdat gezegd werd: Zalig de man, wiens hulp van U komt, zou iemand kunnen vragen: Zou God daartoe helpen? Daarom wordt aldus geantwoord: Er komt werkelijk hulp van God voor de zaligen. Want de wetgever, Christus namelijk, die ons zijn wet heeft gegeven, schenkt zijn zegen en zal die steeds blijven schenken, namelijk zijn verscheidene genadegaven, waarmee Hij de zijnen zal zegenen, dit is zal verheffen tot de gelukzaligheid en door die zegeningen zullen zij opstijgen van deugd naar deugd. In het toekomstige hemelse Sion zullen zij Christus, de God der goden, zien. Want omdat Christus God is, zal Hij ook de zijnen vergoddelijken. Met andere woorden: onder degenen, die in het hemels Sion zullen wonen, zal Hij op geestelijke wijze als de God van de goden, namelijk de Drieënige God, verschijnen. Dat betekent: met het verstand zullen zij God in zichzelf zien, die zij hier niet kunnen zien, want God zal daar alles in allen zijn.