woensdag 1 augustus 2018

Preek van onze Pastoor op Odiliazondag 2018 Helemaal beschikbaar zijn voor het Rijk Gods

Twee aan twee zendt Jezus zijn leerlingen uit om te prediken. Twee aan twee. Of dat was omdat Jezus zich realiseerde dat het niet bepaald gemakkelijk is om te prediken dat men zich moest bekeren. “Wie denk je wel dat je bent? Bemoei je met je eigen zaken!” In ieder geval zouden mensen tegenwoordig zó reageren als er iemand kwam zeggen dat ze zich moesten bekeren. Op je gedrag worden aangesproken, daar zit niemand op te wachten. “Dat maak ik zelf wel uit: hoe ik leef, wat goed en kwaad is”. Toch zit er ook een positieve kant aan die opdracht: “ze dreven veel duivels uit, zalfden veel zieken met olie en genazen hen”. Dat is blijkbaar de andere kant van de medaille. Wie zich tot Jezus bekeert zal mogen ervaren dat zijn liefde sterker is dan de zonde en dood, dat zijn liefde duivels verjaagt en zieken geneest, ja zelfs doden ten leven wekt. Zit daar dan nog iemand op te wachten? Trouwens de duivel bestaat niet meer, voor zieken hebben we een dokter en/of specialist en met de dood is het over en uit. Wat hebben we dan nog aan die Jezus? Wat moeten we dan nog met die Jezus? Dat ligt er maar aan, wie je denkt dat Jezus is. Als dat een of ander goed mens, een bijzondere man uit het verleden is (als Hij überhaupt al bestaan heeft), dan kunnen zijn wijze lessen, dan kan zijn blijde boodschap zoals hij het zelf noemde, ons misschien nog van nut zijn. Maar als Hij inderdaad is, wie Hij pretendeerde te zijn: Gods mensgeworden Zoon, dan is hij toch niet één van de velen, iemand aan wie je achteloos aan voorbij zou kunnen leven. In ieder geval is dat het wat veel zijn tijdgenoten in Hem ook gezien hebben, tijdgenoten die zich letterlijk en figuurlijk door hem aangesproken wisten: geroepen om hem na te volgen, met Hem mee ta gaan. En dat met achterlating van alles wat hen dierbaar was. Daarin bestond in eerste instantie hun “bekering”. In tweede instantie bestond hun bekering in hun bereidheid om met Hem mee te bouwen aan het Rijk Gods, de beschikbaarheid om zich daarvoor in te zetten. Die roeping en zending deed hen boven zichzelf uitstijgen, maakte hen tot andere, tot nieuwe mensen, met een nieuwe visie (Rom12,2).
Zo iemand was ook de heilige die wij vandaag bijzondere willen eren, de naamgever van ons dorp, de heilige Odilia, rond het jaar geboren in de Elzas als dochter van hertog Etticho, ook Adelrik genaamd. Volgens de legende was haar vader in het geheel niet blij met zijn dochter. Hij had liever een zoon gehad en bovendien was zij blind. Hij verstootte haar dus. Haar moeder zond haar naar het klooster Baume des Dames bij Besançon. Hier ontving ze ook het doopsel. Op hetzelfde moment kon ze weer zien, aldus haar levensbeschrijving. Rond 690 stichtte ze het klooster Hohenburg, dat later na haar dood omstreeks 720 ook naar genoemd worden: Mont Sainte Odile - St. Odilienberg. Inderdaad: een nieuwe mens met een nieuwe visie. Zelfs letterlijk een nieuwe visie. In en door het doopsel werd ze niet alleen christen, maar ook van blinde tot ziende. Niet voor niets wordt ze als patrones tegen oogziekten aan geroepen. Jezus zond zijn leerlingen echter twee aan twee uit om mensen bekend te maken met het nieuwe leven in Christus. Daarom ook die andere heilige Odilia die hier al eeuwenlang vereerd wordt. De heilige Odilia de heilige Ursula op een bedevaart naar Rome vergezelde en samen met haar en nog anderen in 453 in Keulen de marteldood stierf. Een nieuwe mens met een nieuwe visie, iemand die niet bang was haar leven voor Christus te geven, in het geloof dat zijn leven sterker is dan de dood, dat zijn liefde ons aan de dood zal ontrukken. Twee heilige Odilia’s die hier al eeuwenlang vereerd worden, twee heilige Odilia’s die hun naam aan ons mooie dorp hebben gegeven, zelfs twee Odilia’s die bijzonder bij oogkwalen worden aangeroepen, heiligen die ons uitnodigen in hun voetstappen te treden en door ons tot Christus te bekeren mensen met een nieuwe visie te worden, mensen die delen in Zijn leven en liefde, sterker dan zonde en dood. Dat nieuwe leven werd bij het doopsel ook in ons gezaaid, in de hoop dat het met name door de  Eucharistie tot groei en bloei zou komen. Dat nieuwe leven stelde de beide Odilia’s in staat alles achter te laten om helemaal beschikbaar te zijn voor het Rijk Gods, voor de zending die ze nu nog altijd vervullen, door ons beiden met hun hemelse voorspraak bij te staan in al onze noden, door beiden de oogzieken te genezen die hier hun toevlucht tot hun zoeken.

Pastoor Jos L'Ortye