vrijdag 24 augustus 2018

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Ad Officium lectionis Hebdomada XX per annum feria VI Unus mediator Dei et hominum, homo Christus Iesus. Eén middelaar tussen God en de mensen, de mens Jezus Christus.


Lectio altera
Ex Explanatiónibus psalmórum sancti Ambrósii epíscopi
(Ps 48, 13-14: CSEL 64, 367368)

Tweede lezing
Uit de Verklaringen van de Psalmen, van de H. Ambrosius, bisschop
(Ps 48, 13-14: CSEL 64, 367368)

Eén middelaar tussen God en de mensen, de mens Jezus Christus

Geen broeder koopt vrij. Zal een mens kunnen vrijkopen? Hij zal aan God geen genoegdoening kunnen geven en geen losgeld kunnen betalen voor zijn leven, dat is: Waarom zou ik vrezen op de kwade dag? Want wat kan mij schaden, die niet alleen geen verlosser nodig heb, maar zelf de verlosser ben van allen? Anderen zal ik vrijmaken, en zou Ik dan voor Mijzelf vrezen? Zie, Ik zal alles, wat zelfs boven de band van verwantschap en liefde is gelegen nieuw maken. Die door zijn broeder, uit dezelfde moederschoot geboren, niet tot het licht kan worden vrijgekocht, omdat deze door dezelfde zwakheid van zijn natuur weerhouden wordt – zal een mens kunnen vrijkopen?
Maar die mens zal dit wel kunnen, van wie geschreven staat, dat de Heer tot hen een mens zal zenden die hen verlossen zal; en die van Zichzelf zei: Gij zoekt Mij te doden, een mens die u de waarheid heeft gezegd.

Maar wie zal Hem kennen, hoewel Hij mens is? Waarom zal niemand Hem kennen? Omdat, zoals er één God is, zo is er ook één middelaar tussen God en de mensen, de mens Jezus Christus. Hij alleen zal de mens verlossen, die zijn broeders door zijn liefde overwint. Omdat Hij voor vreemden zijn bloed, dat niemand voor zijn broeders kon offeren, vergoot. Derhalve heeft Hij zijn eigen lichaam niet gespaard, om ons vrij te kopen van de zonde: en Hij gaf Zich tot losprijs voor allen; zoals zijn ware getuige, de apostel Paulus verzekert, als hij zegt: Ik zeg u de waarheid, ik lieg niet.

Maar waarom zal alleen Hij verlossen? Omdat niemand Hem evenaart in de liefde om voor zijn dienaren zijn leven af te leggen. Niemand evenaart Hem ook in ongereptheid, want allen staan onder de zonde, allen liggen onder de val van Adam. Hij alleen wordt tot verlosser uitgekozen, die niet schuldig kon zijn aan de oude zonde. Daarom moeten wij inzien, dat wij alleen verlost zijn door de mens, de Heer Jezus, die de menselijke gestalte aannam, om in zijn vlees de zonde van allen te kruisigen en de schuldbekentenis van alle mensen in zijn bloed te vernietigen.

Gij zult misschien zeggen: Hoe kan dan die verlossende broeder niet erkend zijn, daar Hij zelf zegt: Ik zal uw naam bij mijn broeder verkondigen? Evenwel niet als onze broeder, maar als de mens Christus Jezus, in wie God aanwezig was, vergaf Hij ons onze zonden. Zo toch staat er geschreven: God was het, die in Christus de wereld met Zich verzoende. In die Christus Jezus namelijk, van wie alleen gezegd is, dat het Woord is vlees geworden en onder ons heeft gewoond. Niet dus als een gewone broeder, maar als onze Heer woonde Hij onder ons, toen Hij in het vlees woonde.