Op 2 februari vieren we het Feest van de
Opdracht van Jezus in de Tempel of naar de oude benaming Maria Lichtmis.
Het feest vormt een schakel tussen Kerstmis en Pasen. Nog zien
wij het Kind Jezus in de armen van zijn Moeder, maar zij brengt Hem reeds ten
offer en hoort zelf in het bijzijn van Jezus dat een zwaard haar hart zal
doorboren.
Met Kerstmis “schijnt het Licht in de duisternis” en het waren er slechts
weinigen die het hebben aanvaard. Met ‘s Heren Openbaring straalt het Licht
over Jeruzalem en de heidense wereld stroomt in grote getale naar deze stad van
het Licht. En morgen dragen wij het licht in onze handen, in processie de kerk
binnen, want het licht is wezenlijk met de liturgie van deze dag verbonden,
vanaf de openingsantifoon bij de kaarsenwijding. Christus is het Licht, door de
Geest aan Simeon geopenbaard als een glorie voor Israel en als een stralend
Licht - Lumen gentium - voor alle volkeren.
In de liturgie van deze dag zien we veelvuldig het beeld van de Kerk die
als bruid haar Heer tegemoet gaat “en vol vertrouwen de mens geworden
barmhartigheid in haar armen neemt” (Introitus).
Het licht doet
ons terugdenken aan het felle licht waarmee
Paulus acuut werd verblind maar zijn ziel zó verlichtte dat hij zich
bekeerde.
Liefst niet zo
drastisch als bij Paulus wensen wij elkaar dit Licht toe, maar wel is het Licht
van God het juiste licht om de dingen te bezien. Dit brengt ons als vanzelf op
de leuze van ons huis, die een programma en een opdracht is : In Lumine tuo vidimus lumen.
Het is een mooie gewoonte dat de geprofeste zusters de kaars van Maria
Lichtmis of van de Paaswake op de verjaardag van hun professie voor het
tabernakel laten opbranden. Door het Doopsel ontvingen we het licht en het
leven van God, Vader, Zoon en H.Geest. Als kinderen van het Licht, ja, zelf
Licht geworden door de gemeenschap met Christus hebben de religieuzen
uitdrukkelijk beloofd te leven als kinderen van het Licht en trouw te volharden
in het geloof om bij de komst van de Heer Hem tegemoet te kunnen gaan als
verstandige bruidsmeisjes.
Op het Feest van Jezus’ Opdracht in de Tempel viert de Kerk de Werelddag
van het Godgewijde Leven. De Kerk wil er aan herinneren dat alle christenen
absoluut geroepen zijn God en de naasten lief te hebben. Het 2e
Vaticaanse Concilie heeft de evangelische raden als voorbeeld van deze
volmaakte liefde, waartoe alle christenen en bijzonder de religieuzen zijn
geroepen, bevestigd.
Door zich met een onverdeeld hart (vgl. 1 Kor 7,34) te verbinden tot een
leven volgens de Evangelische raden worden de karakteristieke wezenstrekken van
Jezus – maagdelijkheid, armoede en gehoorzaamheid -
bestendig zichtbaar voor de wereld waardoor de gelovigen het mysterie
van het Rijk Gods kunnen zien, dat reeds in de geschiedenis werkzaam is, maar
zijn voltooiing in de hemel verwacht.
Paus Johannes-Paulus II heeft op 6 januari 1997 2 februari als Werelddag
voor het Godgewijde Leven uitgeroepen. In zijn Boodschap wordt de samenhang met
het feest van morgen duidelijk uitgelegd. Het is een zeer waardevolle
meditatie.
Danken we allen de Heer voor de gave van het
Godgewijde leven en vragen we Zijn hulp bij de opgave om hierin te groeien naar
zijn Wil, In Lumine Tuo