Allerzielen - Hymne van de Terts, Sext en Noon
Stof tot meditatie direct ontleend aan het getijdengebed: Zou God die Lazarus
heeft opgewekt, zijn geliefde Moeder heeft weggegeven, booswichten en
misdadigers heeft vergeven, en de Samaritaanse vrouw het water des Levens heeft
aangeboden, hen die nog zuchten in het dal der tranen niet spoedig willen
redden?
Qui lacrimátus Lázarum
geménsque cum soróribus,
ipsum fecísti prpotens
geménsque cum soróribus,
ipsum fecísti prpotens
illárum reddit stúdiis.
Gij,
die met zijn zusters zuchtend
om
Lazarus hebt geweend,
hebt
hem, anticiperend op de overwinning op uw eigen dood,
aan
hun ijverige zorgen teruggegeven.
Qui petivísti sóntibus
benígnus indulgéntiam,
ac verba miserántia
dixísti pœnæ sócio.
Gij,
die in uw goedheid voor de booswichten
vergeving
hebt gevraagd,
hebt
ook woorden van deernis
gesproken tot de misdadiger met U gekruisigd.
Qui, móriens, discípulo
matrem donásti Vírginem,
tuórum quæ fidélium
agóni adésset último.
Gij,
die stervend de leerling
de
Maagd tot Moeder hebt gegeven,
opdat
zij ook aanwezig mag zijn
bij
de laatste strijd van hen die in U geloven.
Da nobis, Christe
Dómine,
tuo redémptis
sánguine,
duræ mortis tristítiam
in vitæ verti gáudium.
aan
ons die verlost zijn door uw Bloed,
dat
de droefheid om de harde dood
verkeert
in vreugde om het leven.
Tuósque voca fámulos,
ex hoc proféctos sculo,
ut ubi mors iam déerit
te vitæ canant príncipem. Amen
En
roep uw dienaren
die
vertrokken zijn uit deze wereld,
dat
zij, waar de dood geen macht meer heeft
U
bezingen als de Koning van het leven. Amen.