zaterdag 19 mei 2018

Zalig Pinksteren! Pinksterwens van onze Pastoor


Afgelopen week waren wij met priesters en diakens uit drie dekenaten (Roermond, Thorn en Weert) in de abdij van Lilbosch bijeen voor een bezinningsmiddag. Vader abt hield als aanloop naar het Pinksterfeest een inleiding over de heilige Geest. Hij begon met een verwijzing naar ons ‘credo’, naar datgene wat wij als te geloven belijden. Die geloofsbelijdenis begint zoals U weet met God de Vader, om te vervolgen met God de Zoon en te eindigen met God de heilige Geest. Nu is met dat laatste gedeelte van ons ‘credo’ wat bijzonders, zo betoogde vader abt. Want gaat het eerste gedeelte vooral over wat buiten onszelf ligt, het laatste gedeelte daarentegen over wat onszelf aangaat. Dankzij ons doopsel, met name dankzij de inwoning van de heilige Geest, zijn wij zelf voorwerp van geloof, een geloofsgeheim geworden!

Die gedachte heeft me daarna nog een poosje bezig gehouden, zozeer dat het me ook inspireerde er mijn jaarlijkse Pinkstergedachte aan te wijden: wijzelf voorwerp van geloof, een ‘geloofsgeheim’, dankzij de heilige Geest die in ons woont. Dat de heilige Geest tot grote dingen in staat is, niet alleen toen, maar ook nu, bewijst datzelfde ‘credo’ waarheen vader abt aan het begin van zijn bezinning verwees: de heilige Geest die de heilige katholieke Kerk als een ‘gemeenschap der heiligen’ bijeenbrengt en bijeenhoudt, de heilige Geest die de vergeving van de zonden mogelijk maakt, de heilige Geest die borg staat voor de verrijzenis van het lichaam en het eeuwig leven. Dat is toch ook wat de apostel Paulus zegt:  “als de Geest van Hem die Jezus van de doden heeft opgewekt, in u woont, zal Hij die Christus Jezus van de doden heeft doen opstaan, ook uw sterfelijk lichaam eenmaal levend maken door de kracht van zijn Geest, die in u verblijft” (Rom,8.11).

Wijzelf voorwerp van geloof, een geloofsgeheim, zoals de Kerk voorwerp van geloof is, een geloofsgeheim, iets waarvoor men vandaag de dag nauwelijks meer oog heeft, en misschien ook nauwelijks meer kan hebben, gezien de vele (misbruik-)schandalen waarbij de Kerk betrokken was. En toch is en blijft de Kerk als gemeenschap der heiligen een heilige Kerk. Niet omdat wij zo geweldig (volmaakt) zijn, maar omdat wij allen (niet alleen ambtsdragers) in en door het doopsel geheiligd zijn, voorwerp van geloof, een geloofsgeheim zijn geworden. En we weten van onszelf hoe weinig wijzelf en anderen daarvan merken. Dat neemt echter niet weg dat wij als gedoopten een kostbare schat met ons meedragen, weliswaar in aarden potten, maar toch (2 Kor.4,7). Een geheime kracht, Gods verrijzeniskracht die ons van gewone, doorsnee,  middelmatige (soms zelfs ondermaatse) mensen tot mensen kan en wil maken die steeds meer op Jezus lijken. Dat vraagt natuurlijk wel dat wij daarvoor openstaan, dat die kracht in ons werkzaam kan zijn.

Het beste voorbeeld van wat die verrijzeniskracht in mensen uithaalt is natuurlijk Maria, die in de litanie ‘een geestelijk vat, een eerwaardig vat, een heerlijk vat van Godsvrucht’ wordt genoemd. Frappanterwijze sprak vader abt daar in zijn bezinning ook over. Dat volgeling-van Jezus-zijn niet zozeer iets is als het (proberen te) overbruggen van de afstand tussen leerling en meester, als wel dat het een ‘ruimte’ is (hij noemde het een giet-vorm) die vraagt om gevuld  te worden, gevuld te worden met de heilige Geest die ons één maakt, zoals Vaderen Zoon één zijn (vgl. Joh.17). Dat is dan ook wat ik U en mij, ons allen graag toewens: dat dankzij de heilige Geest de drie-ene God in en onder ons steeds manifester wordt (vader abt had het in dit verband over ‘in-wezigheid’ i.p.v. aan-wezigheid) en dat in en door ons leven Christus steeds meer geopenbaard mag worden (vader abt gebruikte hier zelf het woord ‘open-gebaard’: Christus als het ware opnieuw ter wereld brengen). Ik geef toe: het klinkt als een bijna onmogelijke opgave. Maar als puntje bij paaltje komt zijn niet wij het die het moeten doen, maar de heilige Geest die het in en door ons tot stand brengt, de heilige Geest die ons tot voorwerp van geloof heeft gemaakt, tot een geloofsgeheim: “Christus in ons” (Kol.1,27). Namens ons pastoraal team en ons kerkbestuur, Zalig Pinksteren!  Jos. L’Ortye, pastoor