Naar wie zouden wij gaan? Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven. (Joh 6,68)
In die tijd zeiden velen van Jezus’ leerlingen:
“Deze taal stuit iemand tegen de borst.
Wie is nog in staat naar Hem te luisteren?”
Maar Jezus
die uit zichzelf wist dat zijn leerlingen daarover morden,
vroeg hun:
“Neemt gij daar aanstoot aan?
Als gij dan de Mensenzoon ziet opstijgen
naar waar Hij vroeger was … ?
Het is de geest die levend maakt,
het vlees is van geen nut.
De woorden die Ik tot u gesproken heb,
zijn geest en leven.
Maar er zijn er onder u
die geen geloof hebben.”
– Jezus wist inderdaad van het begin af aan
wie het waren die niet geloofden
en wie Hem zouden overleveren. –
Hij voegde er aan toe:
“Daarom heb Ik u gezegd,
dat niemand tot Mij kan komen
als het hem niet door de Vader gegeven is.”
Tengevolge hiervan
trokken velen van zijn leerlingen zich terug
en verlieten zijn gezelschap.
Waarop Jezus aan de twaalf vroeg:
“Wilt ook gij soms weggaan?”
Simon Petrus antwoordde Hem:
“Heer, naar wie zouden wij gaan?
Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven
en wij geloven en weten dat Gij de Heilige Gods zijt.”
Overweging
Geloven is meer dan bepaalde waarheden aannemen. Geloven is:
zich in alles toevertrouwen aan God, onze Vader. Dat kan een radicale omkeer
meebrengen. Daartoe worden wij uitgenodigd.
Heel wat ouders maken het mee: zij hebben hun kinderen met
alle zorgen omringd; als hun kinderen maar gelukkig waren en goede mensen
werden. Vaak zijn ze erin geslaagd. Er kwam geen breuk. De opgroeiende kinderen
beseften wel wat hun ouders voor hen betekenden. Gretig aanvaardden zij het
brood dat hun werd aangereikt; brood om te eten, brood van vriendschap en
genegenheid, van veiligheid.
Zo gebeurde het ook met Christus. De mensen rondom Hem hadden
het vlug door: die man houdt van ons. Hij zorgt voor ons. Hij leeft voor ons.
Hij staat aan de kant van de gewone mens, tegen de leiders
van het volk in. Gretig aanvaarden zij het brood dat Hij hun aanreikt, brood om
te eten, brood van vriendschap en geborgenheid, van veiligheid en zelfs van
blijvende toekomst.
Kijken we nu nog eens terug naar die goede ouders. Zo lang
de kinderen heel wat krijgen is alles fijn in orde. Maar...zij wensen hun
ouders niet te volgen als het gaat om de geest van waaruit zij leven. Wanneer
deze ouders hun grotere kinderen erop wijzen dat zij steun en kracht vinden bij
de liefdevolle God; dat gebed en regelmatige eucharistie voor hen het fundament
zijn voor hun inzet; en als zij erop rekenen dat ook hun kinderen hen daarin
volgen, dan volgt vaak de breuk. Zíj zien daar geen heil in. Er is brood en
vermaak en dat is genoeg.
Laten we nu weer terugkeren naar Christus. De mensen waren
enthousiast met alles wat zij van Hem kregen. Maar...als Hij sprak over de
diepste beweegredenen van waaruit Hij leefde, nl. de liefde van God, zijn Vader
voor alle mensen, dan volgden zij Christus niet langer. ´Er zijn er onder u die
geen geloof hebben´, zegt Hij. En bij wijze van spreken zegt Hij ook: jullie
willen wel alle materiële voordelen, maar vragen niet:
hoe kan ik zinvoller leven ?
De Liefdevolle is het Brood dat leven geeft. Geloven in God,
daar gaat het om. Daarom nodig Ik u uit, u toe te vertrouwen aan de liefdevolle
God.
Maar dan komt de breuk. Deze taal stuit hen tegen de borst. Niets,
echter, van zijn woorden trekt Hij terug. Het is voor of tegen Hem.
Daarom vraagt Hij aan de leerlingen: ´willen jullie soms ook
gaan ?´
Zal ons antwoord ook blijven: ´Heer, naar wie zouden wij
gaan ? Uw woorden, zijn woorden van eeuwig leven.´