maandag 29 juli 2024

Het Evangelie van de 17e zondag door het jaar en een overweging. God is er voor ons! Dat is voor ons een uitnodiging om er te zijn voor anderen.

 













Evangelie: Joh. 6, 1-15

Hij liet aan de aanzittenden zoveel uitreiken als ze maar wilden.

 In die tijd begaf Jezus zich naar de overkant van het meer van Galilea, bij Tiberias. Een grote menigte volgde Hem, omdat zij (de) tekenen zagen die Hij aan de zieken deed. Jezus ging de berg op en zette zich daar met zijn leerlingen neer.

Het was kort voor Pasen, het feest van de Joden. Toen Jezus zijn ogen opsloeg en zag dat er een grote menigte naar Hem toekwam vroeg Hij aan Filippus:
“Hoe moeten wij brood kopen om deze mensen te laten eten?”
Dit zeide Hij om hen op de proef te stellen,
want zelf wist Hij wel wat Hij ging doen.
Filippus antwoordde Hem:
“Wil ieder ook maar een klein stukje krijgen,
dan is voor tweehonderd denariën brood nog te weinig.”
Een van de leerlingen,
Andreas, de broer van Simon Petrus,
merkte op:
“Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen,
maar wat betekent dat voor zo’n aantal?”
Jezus echter zei:
“Laat de mensen gaan zitten”.
Er was daar namelijk veel gras.
Zij gingen dan zitten;
het aantal mannen bedroeg ongeveer vijfduizend.
Toen nam Jezus de broden
en na het dankgebed gesproken te hebben,
liet Hij ze uitdelen onder de mensen die daar zaten,
alsmede de vissen, zoveel men maar wilde.
Toen ze verzadigd waren, zei Hij tot zijn leerlingen:
“Haalt nu de overgebleven brokken op
om niets verloren te laten gaan.”
Zij haalden ze op
en vulden van de vijf gerstebroden twaalf manden met brokken,
welke door de mensen na het eten overgelaten waren.
Toen de mensen het teken zagen, dat Hij had gedaan zeiden ze:
“Dit is stellig de profeet, die in de wereld moet komen.”
Daar Jezus begreep, dat zij zich van Hem meester wilden maken
om Hem mee te voeren en tot koning uit te roepen,
trok Hij zich weer in het gebergte terug,
geheel alleen.


 Overweging op dit Evangelie

God is er voor ons! Dat is voor ons een uitnodiging om er te zijn voor anderen.

 

Wat de liefdevolle God met ons voorheeft dat wordt duidelijk in de Bijbel.

Hij wil ons bij Zich opnemen. Wat geen mens ooit zou durven dromen, wordt werkelijkheid : God wordt voor ons als een Broeder, in Christus Jezus.

En als wij nu vragen : hoe heeft God Zich geopenbaard, hoe is Hij mens geworden, dan krijgen we op elke bladzijde van het Nieuwe Testament het antwoord : Christus was dat ideale type van mens waarnaar wij eigenlijk allemaal verlangen ; waar wij niet alleen naar opkijken, maar waar we ook naar toe durven gaan.

Als Hij ons uitnodigt om te beminnen, dan leren we Jezus kennen als een man die werkelijk kan zeggen dat Hij door de liefdevolle God gezonden is. Hij genas zieken, troostte bedrukten, weende met hen die treurden en schenkt Zichzelf als spijs en drank. Christus is ook onze Broeder.

Is het dan vreemd dat de apostelen zich veilig, geborgen voelen bij

Hem ? ´Tot wie zouden wij anders gaan ?´, staat er geschreven. En verder : ´Gij alleen hebt woorden van eeuwig leven´.

God heeft Zichzelf geopenbaard en wij leren Hem kennen als een liefdevolle Vader. Dezelfde verbondenheid die er bestaat tussen de Vader en Jezus, wil God eveneens aan ons schenken. ´We worden niet alleen kinderen van God genoemd, maar we zijn het ook !´ We zijn uitgenodigd om die innige verbondenheid met de Vader te beleven !

´Ik ben de weg, de waarheid en het leven´, zegt Christus in het evangelie. Dankzij Hem kunnen wij opgaan naar de Vader. Deze leidt ons werken en streven naar Zichzelf toe. Door Hem groeit ons leven uit tot een volwaardig christelijk leven. Dat God Zich meedeelt is een werkelijkheid ! Met woorden is dit niet te omschrijven, maar door ons geloof hebben wij de zekerheid dat God er is en dat Hij er is voor ons, zoals de broodvermenigvuldiging dit zo treffend beschrijft. Dat Hij er is voor ons blijkt uit het evangelie. In zijn hele optreden gaat de liefde van Jezus uit naar andere mensen.

Wij worden uitgenodigd om ook zo te zijn. En in die mate dat wij dat doen, zullen we meer mens worden. Dikwijls zullen we op weerstand stuiten, maar dat hoeft ons niet af te schrikken. We zijn immers in de liefdevolle God geborgen. Zo kunnen wij meebouwen aan een nieuwe wereld, een wereld waarin iedereen gerespecteerd wordt in haar of zijn eigenheid.

De broodvermenigvuldiging laat zien dat God niet alleen zeer veel mensen hielp, maar ook dat Hij er helemáál is voor ons.

Voor ons is het ook een uitnodiging om er te zijn voor anderen.