dinsdag 8 februari 2022

8 Febrero Santa Josefina Bakhita EL SEÑOR ME HA AMADO TANTO! De Heer heeft mij zó bemind!



Meditaciones de Santa Josefina Bakhita:
He dado todo a mi Señor:  Él cuidará de mí … Lo mejor para nosotros no es lo que consideramos mejor, sino lo que el Señor quiere de nosotros!
Ik heb alles aan mijn Heer gegeven: Hij zal mij helpen… Het beste voor ons is niet wat wij als het beste beschouwen, maar wat de Heer van ons wenst!
Oh Señor, si yo pudiera volar hasta mi pueblo y contarles sobre Tu Bondad con lo más alto que alcance mi voz: ¡Oh, cuántas almas se ganarían !
O, Heer, als ik kon vliegen naar mijn volk en hen met uiterste stemverheffing over Uw goedheid vertellen: o, hoeveel zielen zouden zich gewonnen geven!
Si yo me encontrara con los comerciantes de esclavos que me secuestraron y hasta con los que me torturaron, me pondría de rodillas y besaria sus manos, por si eso no hubiera sucedido, yo no sería cristiana hoy, ni religiosa …
Als ik de slavenhandelaars zou ontmoeten die mij ontvoerden en ook degenen die mij folterden, zou ik mij op de knieën werpen en hun handen kussen, want als dit niet was gebeurd, zou ik nu geen christen zijn en geen religieuze…
El Señor me ha amado tanto…: debemos amar a todos … tenemos que ser compasivos!
De Heer heeft mij zó bemind…: wij moeten ook de anderen beminnen… en compassie met hen hebben!
María me protegió, incluso antes de que yo la conociera!
Maria heeft mij beschermd, zelfs voordat ik haar kende!
Cuando una persona ama a otra muchísimo, lo que desea con fuerza es estar cerca de ella: por lo tanto, ¿por qué tener miedo de morir? La muerte nos lleva a Dios!
Als man en vrouw veel van elkaar houden, wensen zij in elkaars nabijheid te zijn:  daarom, waarom bang zijn voor de dood? De dood draagt ons naar God!
“Me voy despacio, paso a paso, porque llevo dos grandes maletas: en una van mis pecados, y en la otra, mucho más pesada, los méritos infinitos de Jesús. Cuando llegue al cielo abriré las maletas y diré a Dios: Padre eterno, ahora puedes juzgar. Y a San Pedro: cierra la puerta, porque me quedo”.
“Ik ga langzaam, stap voor stap, want ik draag twee grote valiezen: in het ene zitten mijn zonden en in het andere, die veel zwaarder is, de oneindige verdiensten van Jezus. Als ik in de hemel aankom zal ik de valiezen openmaken en tot God zeggen: Eeuwige Vader, nu kunt U oordelen. En tegen Sint Petrus: open de poort, want ik blijf hier”.
Viendo el sol, la luna y las estrellas, decía dentro de mí: ¿Quién será el Dueño de estas bellas cosas? Y sentía grandes deseos de verle, de conocerle y de rendirle homenaje.
Bij het zien van de zon, de maan en de sterren, zei ik bij mezelf: Wie zou de Meester van deze mooie dingen zijn? En ik voelde een groot verlangen Hem te zien, Hem te (leren) kennen en Hem hulde te brengen.
Que sean buenos, que amen al Señor, que reces por los que no le conocen. ¡Si supieras qué gran gracia es conocer a Dios!
Hoe goed zijn zij die de Heer beminnen, die bidden voor hen die ze niet kennen. Als je eens kon vermoeden welk een genade het is God te kennen!