Preek
Pastoor J. L’Ortye
2e
kerstdag 2023
Het is iedere keer weer een beeld dat vertedert:
een pasgeboren baby, zoals er gelukkig nog altijd worden geboren in onze
mensenwereld. Niets nieuws onder de zon, zou Prediker zeggen, als iemand hem
zou zeggen dat er met dit Kind, wiens geboorte wij vandaag vieren iets
bijzonders aan de hand zou zijn. Wat dat betreft ziet de oppervlakkige
beschouwer dezer dagen inderdaad niets nieuws. Maar het gaat ook niet om de
uiterlijke verschijning, maar om wat er achter zit, om wie erachter zit. God
zelf die op deze wijze onze mensenwereld wil binnentreden; als een klein,
weerloos en kwetsbaar kind, als een wezen dat het zelf niet redt, maar het van
de zorg een aandacht van anderen moet hebben, daar helemaal op aangewezen is,
anders is het letterlijk en figuurlijk verloren.
In onze moderne wereld beginnen ook ouderen daar
steeds meer last van te krijgen, dat er steeds minder naar hen wordt omgezien,
dat zij die het moderne levensritme niet meer bij kunnen benen, die niet meer
meekomen, dat die als een last worden ervaren en afgeschoven worden naar
de zorgcentra en verpleegklinieken waar steeds minder plek voor hen is, al was
het maar omdat er steeds minder handen aan bed zijn. Wie zal er straks voor óns
zorgen als wij onszelf niet meer kunnen helpen? Wat dat betreft was ik toch een
beetje vertederd door wat er verteld en geschreven werd over onze oud- bisschop
Harrie die afgelopen woensdag in de leeftijd van 63 jaar overleed. Een drama
wat hem, zijn familie en ons bisdom overkwam, niet zozeer zijn vroegtijdig
overlijden - want dat kwam uiteindelijk als een verlossing - als wel de
ernstige ziekte die hem trof waarvan zijn dood uiteindelijk het tragische
gevolg was.
Hij bleef altijd plezant”, zo schreef een
verzorgende, “nooit een onvertogen woord”. Een bisschop in zijn kwetsbaarheid.
Maar ook in wat hij zelf zei, de manier waarop hij zelf tegen zijn ziekte en
tegen zijn naderend einde aankeek: “in rust en gelatenheid, met een groot
Godsvertrouwen. ‘Mij geschiede naar Uw woord’, legde hij uit aan wie zich over
die kalmte verwonderde, verwijzend naar de reactie van Maria, als de engel haar
de boodschap brengt van Jezus’ geboorte. ‘Er is me al zoveel meer tijd gegeven
dan verwacht’, klonk het in april dankbaar. ‘Wie had gedacht dat ik nog twee
keer Kerstmis en Pasen mocht vieren?’. Iemand die in en door zijn lijden en
kruis, iemand die juist in zijn lijden en kruis nog weet te getuigen van de
Blijde Boodschap waarin hij heilig geloofde.
Ouder worden, geconfronteerd worden met aftakeling,
steeds meer op de hulp en zorg van anderen raken aangewezen. Het hoort bij het
leven zeggen ze, maar we schuiven het het liefst zo ver mogelijk van ons af, en
als het dan zover is, dan vinden we dat niet langer menswaardig en hoeft het
voor ons niet meer. Juist dan, in al onze kwetsbaarheid, getuigenis af te
leggen van ons geloof en Godsvertrouwen, dat is een kunst die onze bisschop
verstond, zoals hij überhaupt de gave van het woord had, om ons geloof in
begrijpelijke taal uit te dragen, meer nog een genade die – als het erop
aankomt – ieder van ons heeft, zoals de kleine kinderen die zonder te kunnen
spreken toch al zoveel kunnen zeggen, duidelijk kunnen maken waarin het ware
leven bestaat. Niet voor niets dat Jezus zei, dat als we niet opnieuw als
kleine kinderen zouden worden, wij het Rijk Gods niet binnengaan (Mt 18,3).
En daarom ook aan ons de uitnodiging te kijken
naar het kleine kind “in doeken gewikkeld en liggend in een kribbe”. Wat is
daar zo bijzonder aan? Niets nieuws onder de zon, zegt de nuchtere toeschouwer,
maar de gelovige beschouwer ziet meer, kijkt verder, kijkt dieper: wat zit
erachter, wie ziet erachter? Het is als het ware een blik in de hemel die ons
gegund wordt, een blik die ons vertelt wie God is, maar ook en vooral hoe God
is, hoe Hij onder ons wilde komen, onder ons wilde wonen: met vriendelijke ogen
die ons aankijken, met uitnodigende handen die Hij naar ons uitstrekt. Zoals de
bisschop die tijdens zijn ziekte, ondanks zijn ziekte toch nog evangeliserend
bezig was, ook al wilde hij niemand bekeren, zoals iemand opmerkte. Geloof is
ook niet iets wat je iemand zou kunnen opdringen, laat staan zou kunnen
opleggen, ook al is dat wel eens gedacht en ook wel eens gepraktiseerd. Het
zijn woorden die wekken, maar voorbeelden die trekken. Alsof Jezus zelfs ons in
en door mensen als U en ik wil (aan-)raken, zoals in en door onze overleden
bisschop, ook in zijn ziekte, misschien wel juist in zijn ziekte.