zaterdag 16 november 2019

Lezingen H. Mis 33e zondag door het jaar C Geen haar van uw hoofd zal verloren gaan.

Eerste lezing (Mal. 3,19-20a)
Uit de Profeet Maleachi.
Zie: de dag gaat komen,
de dag, die als een oven brandt.
Al de hoogmoedigen,
alwie boosheid bedrijft,
zij allen worden stoppels,
in brand gezet door de dag die gaat komen
– zo spreekt de Heer van de hemelmachten –
zodat hij van hen
geen wortel, geen halm meer overlaat.
Maar voor u, die mijn Naam vreest,
gaat de zon van de gerechtigheid op,
en met haar vleugels brengt zij genezing.
Zo spreekt de Heer van de hemelmachten.

Tweede lezing (2 Tess. 3,7-12)
Uit de tweede brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Tessalonica.
Broeders en zusters,
hoe gij ons moet navolgen is u bekend;
wij hebben bij u geen werk geschuwd
en niemands brood gegeten zonder te betalen.
Dag en nacht hebben wij gearbeid, met veel inspanning en moeite
om niemand van u tot last te zijn.
Niet dat wij er geen recht toe hebben,
maar wij wilden een voorbeeld geven ter navolging.
Ook toen wij bij u waren hielden wij u telkens deze regel voor:
als iemand niet wil werken, zal hij ook niet eten.
Wij hebben namelijk gehoord
dat sommigen bij u werkloos rondhangen
en alle moeite schuwen,
maar wel zich met alles bemoeien.
In de Naam van de Heer Jezus Christus
gebieden en vermanen wij zulke mensen,
dat zij regelmatig moeten werken en hun eigen kost verdienen.

Evangelie (Lc. 21,5-19)
In die tijd merkten sommigen op hoe de tempel daar prijkte
met zijn fraaie stenen en wijgeschenken.
Toen zei Jezus:
“Wat ge daar ziet:
er zal een tijd komen,
dat er geen steen op de andere gelaten zal worden:
alles zal verwoest worden.”
Zij vroegen Hem nu:
“Meester, wanneer zal dat dan gebeuren?”
Maar Hij zei:
“Weest op uw hoede, dat gij niet in dwaling gebracht wordt.
Want velen zullen optreden in mijn Naam
en zij zullen zeggen: Ik ben het, en: Het ogenblik is nabij.
Loopt niet achter hen aan.
En wanneer gij hoort van oorlogen en onlusten,
laat u dan niet uit het veld slaan.
Dat alles moet wel eerst gebeuren,
maar het einde volgt niet terstond.”
Toen sprak Hij tot hen:
“Er zal strijd zijn van volk tegen volk
en van koninkrijk tegen koninkrijk;
er zullen hevige aardbevingen zijn,
en hongersnood en pest,
nu hier dan daar,
schrikwekkende dingen
en aan de hemel geweldige tekenen.
Maar nog vóór dit alles geschiedt
zullen zij u vastgrijpen en vervolgen;
zij zullen u overleveren aan de synagogen en gevangen zetten,
u voor koningen en stadhouders voeren
Door standvastig te zijn zult ge uw leven winnen.”