zaterdag 15 januari 2022

Lectio divina lingua latina Liturgia Horarum Dominica Hebdomadæ II per annum Ad Officium lectionis In concordia unitatis. In de eendracht van de eenheid.



Lectio altera
Ex Epístola sancti Ignátii Antiochéni epíscopi et mártyris ad Ephésios
(Nn. 2, 2 — 5, 2: Funk 1, 175-177)
In concordia unitatis
Decet vos ómnibus modis glorificáre Iesum Christum, qui glorificávit vos, ut in obœdiéntia una perfécti, subiécti epíscopo et presbytério, per ómnia sanctificáti sitis.
Non præcípio vobis, quasi sim áliquis. Etiámsi enim vinctus sum propter nomen Christi, nondum tamen perféctus sum in Iesu Christo. Nunc enim incípio discípulus esse et álloquor vos ut condiscípulos meos. Nam oportébat me a vobis confirmári fide, admonitióne, patiéntia, æquanimitáte. At cum cáritas non sinat me tacére de vobis, proptérea antevérti vos admonére, ut uniámini in senténtia Dei. Etenim Iesus Christus, inseparábilis nostra vita, senténtia Patris est, ut et epíscopi, per tractus terræ constitúti, in senténtia Iesu Christi sunt.
Unde decet vos in epíscopi senténtiam concúrrere, quod et fácitis. Nam memorábile vestrum presbytérium, dignum Deo, ita coaptátum est epíscopo ut chordæ cítharæ. Propter hoc in consénsu vestro et concórdi caritáte Iesus Christus cánitur. Sed et vos sínguli chorus estóte, ut cónsoni per concórdiam, melos Dei recipiéntes in unitáte, cantétis voce una per Iesum Christum Patri, quo et vos áudiat et agnóscat ex iis, quæ bene operámini, membra esse vos Fílii ipsíus. Utile ítaque est in immaculáta unitáte vos esse, ut et semper participétis Deo.
Si enim ego brevi témporis spátio talem consuetúdinem contráxi cum epíscopo vestro, quæ non humána, sed spiritális est, quanto vos beatióres iúdico, qui ita estis coniúncti ei sícuti Ecclésia Iesu Christo et sicut Iesus Christus Patri, ut ómnia per unitátem conséntiant? Nemo erret: nisi quis intra altáre sit, privátur pane Dei. Si enim uníus atque alteríus precátio tantam vim habet, quanto magis illa, quæ epíscopi est et totíus Ecclésiæ?
Tweede lezing
Uit de Brief aan de Ephesiërs, van de H. Ignatius van Antiochië, bisschop en martelaar
In de eendracht van de eenheid
Het is passend, dat gij op alle manieren Jezus Christus verheerlijkt, die u heeft verheerlijkt, opdat gij, in gehoorzaamheid verenigd en onderworpen aan de bisschop en het priester-college, in alles moogt zijn geheiligd.
Ik beveel u niet alsof ik iets beteken. Want al ben ik geboeid om de Naam van Christus, daarom ben ik nog niet volmaakt in Jezus Christus. Want nu begin ik pas zijn leerling te zijn en spreek ik u toe als mijn medeleerlingen. Want het paste mij eigenlijk meer door u gesterkt te worden in geloof, vermaning, geduld en gelijkmoedigheid. Maar omdat de liefde mij niet toelaat over u te zwijgen, heb ik het beter geacht u te vermanen, om u te verenigen met Gods wil. Want ook Jezus Christus, die onafscheidelijk ons leven is, is de uiting van de Wil van de Vader, zoals ook de bisschoppen, die overal ter aarde zijn aangesteld, in de Wil van Jezus Christus zijn.
Daarom past het u naar de wil van de bisschop te handelen, wat gij ook doet. Want uw geprezen priester-college, waardig voor God, is zo met de bisschop verbonden als de snaren met de cither. Daarom wordt door uw eensgezindheid en uw harmonische liefde Jezus Christus bezongen. Maar weest ook gij ieder afzonderlijk een koor, om samenklinkend door uw eensgezindheid, het timbre over te nemen van God, en als met één stem te zingen voor de Vader door Jezus Christus, waardoor de Vader zowel u moge horen, als uit het goede, dat ge verricht, moge erkennen, dat gij ledematen zijt van zijn Zoon zelf. Daarom is het nuttig, dat gij blijft leven in een onverbroken eenheid om ook steeds deel te hebben aan God.
Want als ik in zo’n korte tijd al zo’n band bezat met uw bisschop, wat geen menselijke maar een geestelijke band was, hoeveel te meer prijs ik u gelukkig, die zo met hem verbonden zijt als de Kerk is met Jezus Christus en Jezus Christus met de Vader, zodat alles in eenheid samen stemt? Laat niemand zichzelf misleiden: als iemand niet binnen de offerplaats is ontvangt hij niet het Brood van God. Want als het gebed van één of twéé personen al zo’n kracht bezit, hoeveel te meer dan dat gebed van de bisschop en van heel de Kerk?